Omschrijving

We hebben samen met partners (in de gebiedsverkenningen en programma's zoals SmartwayZ.NL en Goederenvervoercorridors) gewerkt aan o.a. smart mobility (Slim, Veilig en Duurzaam) en logistiek om de ontwikkelingen in de mobiliteit in goede banen te leiden. Concreet gaat het voor 2023 dan om de samenwerking met de regio's in de uitvoeringsorganisaties Zuid-Limburg Bereikbaar, Midden-Limburg Bereikbaar en Trendsportal. 

Op het gebied van logistiek hebben we in het programma goederenvervoercorridors samen met onze partners gewerkt aan de logistieke opgaven, waaronder bijvoorbeeld het verder uitwerken van de pilots beveiligd vrachtwagenparkeren. Over het vervolg hiervan hebben we afspraken gemaakt met het Rijk in het bestuurlijk overleg Meerjarenprogramma Infrastructuur, Ruimte en Transport (BO MIRT).

Rol Provincie: procesmanager, partner, subsidiënt

Samenvatting

We hebben samen met partners gewerkt aan o.a. smart mobility (Slim, Veilig en Duurzaam) en logistiek om de ontwikkelingen in de mobiliteit in goede banen te leiden.

Kwaliteit

In 2023 hebben we de verkeersveiligheid, doorstroming, leefbaarheid en duurzaamheid van de mobiliteit in Limburg  verbeterd.  Met de uitvoeringsorganisaties hebben we campagnes uitgevoerd onder forenzen en studenten om alternatieven voor de auto onder de aandacht te brengen. (bijv. fietsstimulering).

Met actuele verkeersmodellen en dataverzameling monitoren we de mobiliteit in Limburg. Deze modellen en data hebben we gebruikt om de provinciale infrastructuur toekomstbestendig te maken.

In de Voorjaarsnota 2024 wordt voorgesteld de indicatoren uit de doelenboom van het Beleidskader 'Een bereikbaar en toegankelijk Limburg' over te nemen waarmee Provinciale Staten inzicht krijgt en kan sturen op de provinciale doelstellingen.     

 

 

Kwaliteit (indicator)

G

Tijd

De samenwerking met onze partners is een continu proces. Bepaalde programma's hebben een concrete tijdshorizon (bijv. het programma SmartwayZ.NL loopt tot en met 2026).

Tijd (indicator)

G

Geld

Voor de uitvoering van het product Voorbereiding en uitvoering mobiliteitsmaatregelen zijn de lasten begroot op € 29,08 mln.  De werkelijke realisatie bedraagt € 6,50 mln. waardoor er een voordelig verschil ontstaat van € 22,59 mln.  Dit wordt vooral veroorzaakt door:

  • SmartwayZ (€ 7,22 mln.); SmartwayZ.NL is een programma, waarin we, tot en met 2026, samen met de Provincie Noord Brabant, het Rijk (IenW en RWS) werken aan slimme mobiliteitsoplossingen. Daarvoor is een samenwerkingsovereenkomst in voorbereiding, die in 2024 zal worden ondertekend. De middelen moeten hiervoor behouden blijven en worden gefaseerd overgeboekt naar 2024 en  2027;
  • BO MIRT (€ 2,85 mln.); het betreft afspraken waarvan de realisatie over meerdere jaren plaatsvindt. Voorgesteld wordt deze middelen gefaseerd over te boeken naar 2024 en 2025;
  • A73 Zaarderheiken (€ 1,25 mln.); het Tracébesluit is ingevolge MIRT afspraken voorzien in 2027. Gevolg is vertraging en onduidelijkheid over de totale kosten van het Tracébesluit A73 Zaarderheiken. De middelen moeten hiervoor behouden blijven. Voorgesteld wordt deze over te boeken naar 2025;
  • Dwarsverbindingen A2 (€ 0,75 mln.): betreft garantstelling door de Provincie. Voorgesteld wordt deze over te boeken naar 2025;
  • Rotonde Voorterstraat ( € 1,25 mln.); Tijdens de voorbereidingen van de realisatie van de Buitenring Parkstad Limburg heeft de Provincie toegezegd mee te werken aan de aanpassingen van het kruispunt N300 Voorterstraat; afronding hiervan wordt in 2024 verwacht;
  • Rijksbijdrage voor Verkeersinfrastructuur (€ 0,88 mln.); dit betreft een bijdrage van het Rijk voor de periode tot en met 2025, die zowel als last  en als baat geboekt is; de fasering wordt hierop aangepast;
  • Europees CEF-subsidie voor Binnenhavens (€ 8,22 mln.); dit betreft een bijdrage van het Rijk voor de binnenhavens, voor de periode tot en met 2025; deze zijn zowel als last en als baat geboekt; de fasering wordt hierop aangepast.

De baten zijn begroot op € 11,13 mln. De werkelijke realisatie bedraagt € 2,26 mln., waardoor er een nadelig verschil ontstaat van € 8,87 mln. Dit wordt vooral veroorzaakt door het Europees CEF-subsidie voor Binnenhavens (€ 8,01 mln.) en de Rijksbijdrage voor Verkeersinfrastructuur (€ 0,88 mln.). Zoals bij de lasten hiervoor toegelicht zijn deze bijdragen beschikbaar gesteld voor uitvoering tot en met 2025. De fasering wordt hierop aangepast. 

Geld (indicator)

O