Balansinformatie

In deze paragraaf geven wij verplichte informatie over:

• de meerjarige prognosebalans;
• de bijhorende investeringsplanning (activa);
• meerjarige ontwikkeling van de reserves en voorzieningen (passiva);
• het ontwikkelen van het EMU-saldo.

De prognosebalans geeft inzicht in een aantal relevante ontwikkelingen:

• de mutaties in de immateriële en materieel vaste activa en kapitaalverstrekkingen zijn het gevolg van de in deze paragraaf opgenomen investeringsplanning en het vigerende afschrijvingsbeleid;
• de mutaties in de overige financiële vaste activa, zoals de uitgezette leningen en (teruglopende) uitzettingen zijn nader toegelicht in de paragraaf financiering;
• het resultaat is cumulatief opgenomen. Dit is feitelijk nog niet bestemd en zal in deze Statenperiode naar verwachting volledig worden ingezet voor autonoom beleid;
• de daling van de reserves is het gevolg van inzet bestemmingsreserves op basis van bestaand beleid en is verder op in deze paragraaf nader gespecificeerd;
• de verplicht ingestelde voorzieningen zijn eveneens nader gespecificeerd in deze paragraaf;
• de schuldpositie is en blijft gunstig. Gelet op de solide financieringspositie van de Provincie zoals opgenomen in de paragraaf Financiering is de verwachting dat geen structureel externe financiering nodig zal zijn in de komende jaren. Meer informatie is terug te vinden in genoemde paragraaf.

De investeringen in de materiële en immateriële vaste activa worden als volgt gespecificeerd.

De belangrijkste investeringen in immateriële vaste activa, materieel vaste activa en deelnemingen hebben betrekking op een bereikbaar en toegankelijk Limburg waar de provincie investeert in zowel spoor- als weginfra.

Voor het inzicht in de financiële positie is ook onze vermogenspositie van belang. Uit onderstaande specificatie en het betrekken van ons weerstandvermogen blijkt dat er sprake is van een solide vermogenspositie (zie paragraf 2. Weerstandsvermogen en risicobeheersing). Uit onderstaande overzicht blijkt dat het provinciaal vermogen daalt:

• Vanaf 2023 nemen de algemene reserves tot 2025 af, als gevolg van het inzetten van € 100 mln. uit de toenmalige Immunisatiereserve ter dekking van het coalitieakkoord.  
• De programmareserves worden hoger dan € 206,9 mln., zoals deze in het Coalitieakkoord 2023-2027 zijn  vastgelegd. Bij het behandelen van de Jaarstukken 2023 in PS 21-6-2024 is besloten om  € 2,0 mln. aan de Programmareserve Perspectief voor het Landelijk gebied. en € 1,6 mln. aan Programmareserve Bestuurlijke vernieuwing toe te voegen vanuit het jaarresultaat 2023.
• In de programmareserves zijn de intensiveringsmiddelen voor het realiseren van de ambities van het Coalitieakkoord 2023-2027 opgenomen. De gereserveerde programmamiddelen worden op basis van de door PS vastgestelde beleidskaders en daaraan verbonden doelen ingezet in deze periode. Er resteren nog € 122,1 mln. aan programmareserves, die in de komende jaren van deze Statenperiode inzet gaan worden ter uitvoering van de vastgestelde door PS beleidskaders.

Onderstaande tabel geeft een gespecificeerd meerjarig inzicht in het verloop van de reserves.  Wij merken daarbij op:

• bruteringsreserves dienen ter dekking van toekomstige afschrijvingslasten en de hoogte van de reserve is afgestemd op de toekomstige afschrijvingen. Deze dalen dus langzaam maar zeker;
• overige bestemmingsreserves worden ter egalisatie conform instellingsbesluiten ingezet;
• de programmareserves zullen in de komende vier jaar uitgeput raken door inzet voor de programmadoelen uit het Coalitieakkoord 2023-2027. 

Onderstaande tabel geeft inzicht in het meerjarige verloop van de voorzieningen: 

• de voorziening APPA (Algemene Pensioenwet Politieke Ambtsdragers) voorziet in het pensioen en de sociale zekerheid van gedeputeerden en commissarissen van de Koning.  Stortingen zijn gebaseerd op een gemiddelde van de afgelopen 5 jaar;
• de voorziening Sociaal Plan bestaat uit een restant van claims;
• de voorziening onderhoud provinciale gebouwen is gebaseerd op het door PS vastgestelde onderhoudsplan.

Deze voorzieningen hebben een verplicht karakter en zijn niet vrij besteedbaar.

In de onderstaande tabel zijn de referentiewaarden voor het EMU-saldo van 2024 op basis van het begrotingstotaal opgenomen. Deze waarden per provincie zijn gepubliceerd in de Decembercirculaire van het Provinciefonds 2024. Op het moment van schrijven zijn de referentiewaarden voor de begroting van 2025 nog niet bekend.