
Jaarverslag in het kort en Strategisch kader
Jaarverslag in het kort
Terug naar navigatie - Jaarverslag in het kortJaarverslag in het kort
Terug naar navigatie - Jaarverslag in het kortOnderstaand volgt het jaarverslag in het kort, deze is ook als PDF opgenomen in de bijlage. Klik hiervoor op het paperclip icoon rechtsboven.
Jaarverslag in het kort - uitgaven
Terug naar navigatie - Jaarverslag in het kort - uitgavenJaarverslag in het kort - inkomsten
Terug naar navigatie - Jaarverslag in het kort - inkomstenJaarverslag in het kort - jaarresultaat 2024
Terug naar navigatie - Jaarverslag in het kort - jaarresultaat 2024Programma 1
Terug naar navigatie - Programma 1Programma 2
Terug naar navigatie - Programma 2Programma 3
Terug naar navigatie - Programma 3Programma 4
Terug naar navigatie - Programma 4Programma 5
Terug naar navigatie - Programma 5Programma 6
Terug naar navigatie - Programma 6Programma 7
Terug naar navigatie - Programma 7Programma 8
Terug naar navigatie - Programma 8Programma 9
Terug naar navigatie - Programma 9Strategisch perspectief
Terug naar navigatie - Strategisch perspectiefInleiding
Terug naar navigatie - InleidingU leest de Jaarstukken 2024. Met dit document verantwoorden wij ons over het uitgevoerde beleid in 2024 en de financiële middelen die wij hiervoor hebben aangesproken. Op deze manier wordt het voor iedereen die de besteding van het Limburgse gemeenschapsgeld wil volgen mogelijk om te zien op welke manier de voor ons beschikbare middelen worden ingezet. Dit document is daarmee een cruciaal onderdeel van onze financiële cyclus en een onmisbaar instrument in het kader van de transparantie van ons bestuurlijk handelen.
Het jaar 2024 zal voor Europa de geschiedenisboeken in gaan als een jaar waarin er veel onder druk stond. Met conflict op het continent, een grote vernieuwingsopdracht voor de Europese industrie, een toenemende inflatie en meer uitdagingen zoals we die decennialang niet gekend hebben. In eigen land en op ons werkgebied kregen we ondertussen ook te maken met een nieuwe regering, een Hoofdlijnenakkoord en financiële uitdagingen op het terrein van het Provinciefonds en de specifieke uitkeringen aan provincies. Kortom, het nationale en internationale speelveld waar het Limburgse bestuur in opereert, is in toenemende mate veranderlijk en onvoorspelbaar. De behoefte aan bestendig beleid en betrouwbare financiën is daarom groot. Vanuit dit besef hebben we in 2024 in Limburg voortvarend gehandeld. Na de totstandkoming van de acht beleidskaders en de goedkeuring hiervan door Provinciale Staten, zijn stevige eerste stappen gezet in de uitvoering van wat in de kaders staat beschreven. Met vele seinen op groen om onze inhoudelijke opdrachten als provinciebestuur te vervullen en met een gedegen organisatie ontwikkeltraject, zijn we in 2024 aan de slag gegaan (MPH tijdlijn uitvoering beleidskaders).
Op het gebied van de Limburgse economische ontwikkeling en de Limburgse bijdrage aan een welvarend Nederland, zijn er cruciale stappen gezet in de mogelijke komst van de Einstein Telescope, de verduurzaming van Chemelot en het presenteren van Limburg als locatie waar meer activiteiten op het gebied van defensie een plek kunnen vinden. Ook is er letterlijk gewerkt aan meer verbinding, via de Drielandentrein die operationeel is en dankzij Dal Vrij Limburg, waardoor meer provinciegenoten hun mobiliteit vergroten. Ook de verbinding in figuurlijke zin kreeg ruimschoots aandacht, via onze cultuur- en erfgoedinfrastructuur die op volle toeren draaide. Cultuursubsidies vonden hun bestemming en de erfgoedregeling voor monumentenrestauraties bewees haar waarde. Een bijzondere prestatie op het gebied van verbondenheid is ook de gezamenlijke missie ‘Limburg Centraal’, een breed gedragen aanpak om tienduizenden woningen vóór 2040 toe te voegen aan onze provincie.
Ondertussen stond 2024 voor het voltallige Limburgse provinciebestuur ook in het teken van eren en gedenken, tachtig jaar vrijheid en het werken aan een weerbare overheid. Op het gebied van onderwijs en arbeidsmarkt stond Limburg in 2024 meerdere malen in het oog van de orkaan, op de momenten waarop er vanuit politiek Den Haag onvoldoende oog bleek voor het uitzonderlijke karakter van de opgaven in de grensstreek. Door stevig in te zetten op gezamenlijke lobbykracht moet Limburg nu maatwerk gaan ontvangen, zodat de provincie ook voor toekomstige generaties in beeld blijft als aantrekkelijke plek om te leren en te werken.
Afgelopen jaar was ook te merken dat de relevantie van de provincies als bestuurslaag wederom is toegenomen. Gemeenten kijken nog nadrukkelijker naar provincies voor coördinatie en samenwerking en het Rijk rekent in toenemende mate op provincies voor de uitvoering van een aantal cruciale taken. Als voorbeeld van een antwoord op deze toenemende relevantie, kunt u in het geval van de Provincie Limburg denken aan de openstelling van het Leefbaarheidsfonds, een initiatief om de leefbaarheid in de Limburgse steden, dorpen en wijken te verbeteren. Ook de actieplannen tegen armoede en laaggeletterdheid, de energievisie, de wijkenaanpak en onze visie op brede welvaart waren in 2024 stuk voor stuk manieren om op gecoördineerde wijze vooruitgang te veroorzaken in de levens van de inwoners van onze gemeenten. De Provincie Limburg was in 2024 een plek waar krachten zijn gebundeld en bleek een belangrijk scharnierpunt om cruciale opgaven waar te kunnen maken.
Desondanks nam ook de complexiteit van die opgaven in 2024 weer toe – een trend die onomkeerbaar lijkt. Dit is bijvoorbeeld op het gebied van natuur goed te merken. Nationaal stikstofbeleid hield in 2024 de gemoederen bezig en veroorzaakte vertraging op tal van terreinen. Desondanks bleef de provincie trouw aan een aanpak waarbij vele ‘groene’ en ‘blauwe’ doelen verweven worden. Terwijl er Limburgse boeren stoppen, er meer Limburgse natuur bij komt, werd er ook hard gewerkt aan een ordentelijke blijversaanpak voor agrariërs en is er begonnen met de herziening van de provinciale omgevingsvisie. Ook is er het afgelopen jaar een tuinbouwakkoord gesloten dat inmiddels operationeel is.
Kortom: het is goed te merken dat de tijd van realisatie van wat in de beleidskaders staat omschreven, nu is aangebroken. Alles bij elkaar opgeteld was 2024 een jaar waarin op ieder van onze beleidsterreinen langjarige opgaven om onze aandacht en inspanning hebben gevraagd. Hier is weloverwogen en doelgericht op geanticipeerd, vanuit het volle bewustzijn dat elk van die uitdagingen ons ook de komende jaren bezig zullen houden. Met een scherp en streng oog op onze begroting en de bijbehorende begrotingsdiscipline zien wij onze Limburgse opdracht met vertrouwen tegemoet.
Beleidskaders, doelenbomen, indicatoren en sturen op Kwaliteit, Tijd en Geld
Terug naar navigatie - Beleidskaders, doelenbomen, indicatoren en sturen op Kwaliteit, Tijd en GeldOp de hoofdpagina treft u een dashboard aan met zowel het financiële resultaat alsmede de Kwaliteitsindicator over de behaalde resultaten.
In de programmaverantwoording vindt u de hyperlinks naar de digitale beleidskaders. De doelindicatoren (stand Najaarsnota 2024) zijn opgenomen in een apart onderdeel.
In de verantwoording over de beleidsproducten treft u een uitgebreide stoplichtenindicator aan op Kwaliteit, Tijd en Geld. Deze systematiek is gericht op bijsturing van onze maatregelen en middelen. Wij lichten deze kort toe.
Groen | Oranje | Rood | |
Kwaliteit: wanneer zijn wij tevreden? | Het beoogde resultaat is volledig gehaald of we liggen op koers | Het beoogde resultaat is deels gerealiseerd | Het beoogde resultaat is niet gerealiseerd |
Tijd: wanneer moet het resultaat behaald zijn? | Uitgevoerd conform planning | Planning is niet gehaald, een nieuwe einddatum is gesteld | Planning is niet gehaald. Er is geen verwachte einddatum. |
Geld: wat heeft de maatregel gekost? |
Er is sprake van:
|
Er is sprake van:
|
Er is sprake van:
|
Financieel kader en jaarresultaat 2024
Terug naar navigatie - Financieel kader en jaarresultaat 2024Inleiding
Terug naar navigatie - InleidingIn dit financieel kader zijn het resultaat 2024, de bestemming ervan en de uiteenzetting van de financiële positie samengebracht. Wij merken op dat deze Jaarstukken 2024 er anders uitzien dan 2023. Met ingang van de begroting 2024 is de programma-indeling gewijzigd.
Resultaat 2024
Het financiële resultaat 2024 bedraagt € 99,29 mln.. Van het resultaat zal € 52,81 mln. worden overgeboekt naar 2025 om aan reeds aangegane verplichtingen met derden te kunnen voldoen. Een groot deel van deze overboekingsvoorstellen, € 38 mln., wordt verklaard door meerjarige projectsubsidies.
Met het bedrag aan overboekingsvoorstellen wordt zichtbaar dat door o.a. landelijke ontwikkelingen en afhankelijkheden van het Rijk het tempo van de voortgang binnen programma’s minder hoog is dan wij zouden willen, zoals bijvoorbeeld in het programma ‘Perspectief voor het landelijk Gebied’. Het merendeel van de overboekingen voor meerjarige projectsubsidies heeft betrekking op projecten binnen dit programma.
Na aftrek van het deel van het resultaat dat nodig is voor de overboekingsvoorstellen resteert een ‘vrij resultaat’ van € 46,49 mln.. Het ‘vrij resultaat’ is € 21,54 mln. hoger dan begroot bij de Najaarsnota 2024. In de paragraaf ‘Financieel kader en jaarrekeningresultaat’ is het verschil tussen het begrote en gerealiseerde ‘vrij resultaat’ verder toegelicht.
De taakstelling van € 50 mln. zoals opgenomen in het Coalitieakkoord “Elke Limburger telt’ is bij de Najaarsnota 2024 volledig gerealiseerd. Dit als gevolg van de ontwikkeling van het begrotingsresultaat 2024. Dit zorgt voor een solide financiële basis voor de uitvoering van de beleidskaders in deze Statenperiode. En zoals ook uit deze jaarstukken blijkt, doen we dat vanuit een gezonde financiële positie.
Sturing
In 2024 is de Planning & Control cyclus op een aantal onderdelen aangepast. Aan de verschillende P&C- producten zijn (doel) indicatoren toegevoegd en er wordt jaarlijks een Provinciale Beleidsmonitor opgesteld waarin alle doel-, resultaat-, en maatschappelijke indicatoren voor de verschillende beleidskaders zijn opgenomen. In de Najaarsnota 2024 werd zichtbaar dat het aantal van data voorziene doelindicatoren is toegenomen ten opzichte van de Voorjaarsnota 2024. In de jaarrekening 2024 is de stand van deze indicatoren zoals opgenomen in de NJN 2024 bijgevoegd als een apart hoofdstuk “Indicatoren begrotingsprogramma’s”. Een update van de indicatoren zal beschikbaar zijn in de Voorjaarsnota 2025 en de Provinciale Beleidsmonitor (juni 2025). Dit in lijn met het informerende stuk inzake vernieuwing P&C cyclus d.d. 27 augustus 2024. En de informatiesessie daarop volgend d.d. 20 september 2024 (Informatiesessie P&C cyclus en gebruik indicatoren).
De financiële sturing is in 2024 versterkt door het instellen van programmareserves en het aanscherpen van het subsidieproces op het onderdeel projectbegrotingen. In de bijstellingen van de begroting 2024 is zichtbaar dat binnen de organisatie een groter bewustzijn ontstaat bij de vraag of reeds begrote middelen in een jaar al dan niet worden ingezet voor jaareinde. Dit vertaald zich in het al dan niet onttrekken van middelen aan de programmareserves (bij VJN/NJN) of het faseren van middelen naar volgende jaren (NJN). Echter de Najaarsnota 2024 was de laatste mogelijkheid in 2024 om de begroting 2024 bij te stellen. Op dat moment (september 2024) was niet alle relevante projectinformatie beschikbaar waardoor een bijstelling van veelal grote projecten in de begroting 2024 niet meer mogelijk was. Dit wordt zichtbaar in het hoge bedrag aan meerjarige projectsubsidies in de overboekingsvoorstellen. Wij merken hierbij op dat wij ook vragen hebben gesteld aan de commissie BBV om de complexe wijze van verantwoording van meerjarige projectsubsidies te vereenvoudigen en deze veelal administratieve onderbesteding te verminderen.
Ondanks onze inspanningen om onderbesteding terug te dringen en realistischer te begroten is onderbesteding niet uit te sluiten. Wij zijn bij onze bestedingen sterk afhankelijk van derden bij bijvoorbeeld aanvragen van subsidies of ontwikkelingen bij het Rijk. Ook ontplooien wij nieuwe initiatieven die zich op voorhand niet geheel laten programmeren. Begrotingen blijven dan zo goed mogelijke inschattingen en fotomomenten in een continu proces van beleidsvorming en uitvoering.
2024 laat zien dat ten aanzien van financiële sturing stappen vooruit zijn gemaakt, maar dat we er nog niet zijn. Het blijft een punt van voortdurende aandacht en actie. Sturingsinformatie is dan ook als een belangrijk product benoemd in het Organisatie Ontwikkel traject.
Het Organisatie Ontwikkeling traject (OOT) moet een rol spelen in het helder formuleren en het juist beleggen van verantwoordelijkheden binnen en tussen programma’s, clusters, directie en bestuur. In 2024 heeft de Ondernemingsraad ingestemd met het OOT, voor de verschillende benoemde ontwikkelsporen zijn werkgroepen gevormd en zijn de producten benoemd die in de werkgroepen moeten worden uitgewerkt. In 2025 worden de werkgroepen van bemensing voorzien en wordt gestart met het vormgeven van de verschillende producten, zoals portfoliomanagement, een strategisch personeelsplan, procesbeschrijvingen en de uitwerking van sturingsinformatie. Al deze stappen dragen bij aan het scherper maken van keuzes om ambities en beschikbare uitvoeringscapaciteit in mensen en middelen in balans te krijgen en dit transparant uit te dragen. Ook dat draagt bij aan realistisch begroten.
Jaarrekeningresultaat 2024 en bestemming
Terug naar navigatie - Jaarrekeningresultaat 2024 en bestemmingOnderstaande tabel geeft inzicht in het jaarrekeningresultaat en de bestemming ervan. Het vrije deel van het resultaat zal, na instemming van Provinciale Staten met het Statenvoorstel, worden toegevoegd aan de Algemene reserve.
Resultaat en bestemming |
x € 1.000 |
|||
Jaarresultaat 2024 |
99.293 |
|||
Voorstel tot bestemming van het resultaat: |
||||
A. Dekking van overboekingsvoorstellen |
52.808 |
|||
Saldo vrij te bestemmen resultaat |
46.485 |
|||
B Aanvullende voorstellen |
||||
B1 Inhuur veldmedewerker Hamster |
268 |
|||
B2 Versterken samenwerking agrariërs en borging agrarische inbreng in gebiedsprocessen |
1.000 |
|||
B3 Inhaalslag beheer natuurcompensatie |
360 |
|||
B4 Inhaalslag toezicht natuurcompensatie |
140 |
|||
B5 Realisatie natuurcompensatie |
262 |
|||
B6 Project LLTB ‘WaterWinst’; Opschaling nitraatresidu-metingen |
704 |
|||
B7 NOVEX de Peel: versnelling acquisitie rijksmiddelen |
81 |
|||
B8 Onderdeel ‘kennisontwikkeling’ binnen Instituut voor mens, milieu en mijnbouw (I3ML)* |
2.000 |
|||
B9 Restauratie en verduurzaming Rijksmonument voormalige Van Horne Kazerne Weert (monumentaal complex met 12 rijksmonumentale gebouwen) |
1.200 |
|||
B10 Middelen voor provinciale cofinanciering van de regiodeals in Parkstad en Zuid-Limburg (6e tranche) |
5.000 |
|||
B11 Vervolg educatieprojecten 80 jaar vrijheid |
620 |
|||
Saldo Aanvullende voorstellen |
11.635 |
|||
C Toevoeging aan de Algemene reserve |
34.850 |
|||
Resultaat na voorstel tot bestemming |
0 |
|||
Belangrijkste verschillen met resultaateffect
Terug naar navigatie - Belangrijkste verschillen met resultaateffectOnderstaande tabel geeft op hoofdlijnen inzicht wat de belangrijkste mee- en tegenvallers zijn die van invloed zijn op het resultaat. En waardoor het begrote vrije resultaat ultimo 2024 bijna € 21,54 mln. hoger is uitgevallen dan bij de Najaarsnota.
Voor een uitgebreid inzicht in alle voor- en nadelige effecten, verwijzen wij naar zowel de programmaverantwoording alsmede naar de jaarrekening. Het saldo van de overige posten van € 10,90 mln. binnen de programma's betreft een reeks van budgetten of delen ervan die niet meer nodig zijn en is daarom niet nader gespecificeerd.
Vrije resultaat: belangrijkste verschillen met resultaateffect |
Resultaat
(x €1.000) |
||||
Verschil vrij resultaat 2024 |
21.543 |
||||
Belangrijkste meevallers |
|||||
Opcenten MRB |
4.496 |
||||
Renteopbrengsten |
4.088 |
||||
Personele begroting |
5.120 |
||||
Resultaten voorgaande dienstjaren |
3.623 |
||||
Dividend Chemelot Ventures BV |
2.567 |
||||
Saldo overige posten binnen de programma's |
10.896 |
||||
Belangrijkste tegenvallers |
|||||
Aanvullende stortingen in voorzieningen |
-1.946 |
||||
Aanvullende reservering in de risicoreserve Sturing in Samenwerking |
-7.301 |
Meerjarig perspectief: financieel gezond maar druk op meerjarige ruimte blijft onder druk staan
Terug naar navigatie - Meerjarig perspectief: financieel gezond maar druk op meerjarige ruimte blijft onder druk staanZoals uit de jaarrekening 2024 blijkt, is deze structureel sluitend en beschikt de Provincie over een gezonde vermogenspositie. Ook beschikt de Provincie over een aanzienlijke onbenutte belastingcapaciteit (€ 79 mln. in 2024, € 80 mln. in 2025) en een gezond weerstandsvermogen.
In lijn met eerdere jaren laat het meerjarige vooruitzicht een minder gunstig beeld zien, door teruglopende begrotingsruimte. Ook zijn onze risico's toegenomen. Dit is vooral het gevolg van de herijking van het Provinciefonds, een proces dat nog niet is afgerond. In de paragraaf weerstandsvermogen wordt inzicht gegeven in het totale risicoprofiel en de mogelijkheden om deze risico's op te vangen.
Met behulp van de belangrijkste BBV-kengetallen wordt het resultaat 2024 geplaatst in de context van de meerjarige ontwikkelingen, waarbij aansluiting is gemaakt met de Programmabegroting 2025 en bijhorende meerjarenraming. Met als doel het financieel inzicht te vergroten.
Structurele exploitatieruimte daalt op termijn
Terug naar navigatie - Structurele exploitatieruimte daalt op termijnIn dit kengetal komt tot uitdrukking of de Provincie over voldoende structurele baten beschikt om de structurele lasten te dekken. Dit cijfer helpt mee om te beoordelen welke structurele ruimte de Provincie heeft om de eigen lasten te dragen of welke structurele stijging van de baten of structurele daling van de lasten daarvoor nodig is. Wanneer dit percentage negatief is, betekent het dat het structurele deel van de baten onvoldoende ruimte biedt om de structurele lasten te blijven dragen. Een positief percentage betekent dat de structurele baten toereikend zijn om de structurele lasten (waaronder de financieringslasten) te dekken. Een cijfer van rond de nul (tussen – 0,4 en 0,4) betekent dat structurele baten en lasten min of meer in evenwicht zijn.
Uit de cijfers blijkt dat de Jaarstukken 2024 structureel in evenwicht zijn. De dalende trend vanaf 2024 kenmerkt zich door het structureel opnemen van enkele begrotingsposten, zoals vastgesteld bij de Programmabegroting 2023, zoals enkele natuuropgaven. De lijn tot en met 2024 wordt vertekend door de hoge jaarrekeningresultaten en de onderbesteding die daar onderdeel van uitmaakt. Een extra risico daarbij is het nog niet afgeronde proces van herijking van het Provinciefonds. Dit is nog niet financieel vertaald.
Ontwikkeling van het Eigen vermogen
Terug naar navigatie - Ontwikkeling van het Eigen vermogenHet provinciale eigen vermogen bedraagt ultimo 2024 bijna € 1,7 mld. Meerjarig laat de ontwikkeling van het eigen vermogen een scherpe daling zien ten opzichte van deze stand, waarna het beeld stabiliseert.
In de grafiek is een daling te zien in 2025 ten opzichte van 2024. Deze daling wordt veroorzaakt door inzet van de egaliserende reserves als dekking van de overboekingsvoorstellen. De gepresenteerde standen zijn ultimo boekjaar. In de jaarrekening is een specificatie opgenomen van het eigen vermogen. Hieruit blijkt dat het merendeel van deze reserves beklemd is en daarmee niet vrij besteedbaar.
Een solide vermogenspositie is uiteraard gunstig, maar vertelt niet het hele verhaal. Het aanwezige vermogen moet worden bekeken vanuit de totale financiële positie, waarbij ook de risico's worden betrokken. Wij merken op dat van deze vermogenspositie een deel een vrij karakter heeft (€ 871 mln.). Dit is de provinciale incidentele weerstandscapaciteit. Onze structurele weerstandscapaciteit bestaat uit de mogelijkheid tot belastingverhoging (onbenutte belastingcapaciteit). In de paragraaf weerstandsvermogen wordt onze totale weerstandscapaciteit afgewogen tegen de risico's die wij lopen. Ook dit geeft een gunstig beeld.
Solvabiliteit en schulden: gunstige positie loopt geleidelijk terug
Terug naar navigatie - Solvabiliteit en schulden: gunstige positie loopt geleidelijk terugNaast het eigen vermogen speelt ook de ontwikkeling van solvabiliteit en schuldpositie een belangrijke rol voor het inzicht in de financiële positie. Onderstaande grafiek laat de meerjarige ontwikkeling zien van deze ratio’s.
De solvabiliteitsratio geeft inzicht in de mate waarin de Provincie Limburg in staat is aan haar financiële verplichtingen te voldoen. Het geeft de verhouding tussen het eigen vermogen en de totale balansomvang weer. Hoe hoger het percentage, hoe gunstiger dit is voor de financiële weerbaarheid van de Provincie. Uit de meerjarige ontwikkeling van deze ratio blijkt dat deze ratio een stabiel beeld geeft over de periode 2014-2028.
De netto-schuldquote geeft inzicht in het niveau van de provinciale schuldenlast ten opzichte van het totaal van de baten. Het geeft daarmee een indicatie van het beslag dat de financieringslasten op de exploitatie leggen en daarmee op de vrije ruimte van de exploitatiebegroting. Hoe hoger de schuld, hoe hoger de schuldquote. Bij een negatieve schuldquote heeft de Provincie meer vorderingen dan schulden. De teruglopende reeks is het gevolg van inzet van financieringsmiddelen voor de uitvoering van de vigerende provinciale beleidskaders en investeringsagenda's. De gunstige financieringspositie loopt daarmee geleidelijk terug. Op de langere termijn kan dit betekenen dat de rentegevoeligheid gaat toenemen indien vreemd vermogen moet worden aangetrokken. In de nu voorliggende jaarrekening zien we nog de voordelige effecten van de gunstige financieringspositie. Uit de resultaatanalyse is gebleken dat de rente-inkomsten in 2024 ruim € 4 mln. hoger zijn dan begroot als gevolg van de gunstige renteontwikkelingen op de kapitaalmarkt en het gevoerde treasurybeleid.