Portefeuillehouder
Léon Faassen

Omschrijving

Het Limburgse landschap is van ons allemaal. Het vertegenwoordigt een waarde op zich. Ook de niet-beschermde delen buiten de bestaande natuurgebieden moeten wij koesteren zodat ook toekomstige generaties nog kunnen genieten van alles wat Limburg te bieden heeft. Wij willen daarom meer mensen betrekken bij de omgeving en boeren, natuurbeheerders, bedrijven en inwoners samen voor het landschap laten zorgen.
Wij zetten in op de volgende speerpunten die in eerste aanzet beschreven staan in het Programma Landschap:

•    In de langjarige transitieopgave van het landelijk gebied zetten wij in op het versterken van de landschappelijke (kern)kwaliteiten via de grote programma’s zoals het LPLG. 
•    Wij stimuleren initiatieven van vrijwilligers, agrariërs en andere inwoners die gericht zijn op het onderhouden en beheren van lokale landschappen en natuur. Dat kan individueel, maar liever nog in een duurzaam collectief. Wij financieren vanuit dit doel het reeds ingerichte Steunpunt Landschapsbeheer Limburg. Het in juli 2024 op te leveren evaluatieverslag zien wij hierbij als inbreng voor onze financiering in de toekomst;
•    Wij ondersteunen initiatieven die gericht zijn op educatie over natuur en landschap, voor zowel kinderen als voor volwassenen;
•    Op basis van de op te stellen gebiedsplannen, de inzet van de regio’s en het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit financieren wij de transitie van de drie nationale parken De Groote Peel, De Meinweg en De Maasduinen in Limburg. Hierbij zien wij kansen richting uitvoering door verbinding met de opgaven en financiering van het LPLG; 
•    Door de unieke ligging van Limburg werken wij samen in diverse grensoverschrijdende parken (Maas-Schwalm-Nette, Kempen~Broek, Grenzeloos Bocageland, Rivierpark Maasvallei en het Drielandenpark) die gericht zijn op waardevolle grensoverschrijdende projecten rondom landschap, vaak met Europese cofinanciering. Wij continueren de financiële ondersteuning van deze parken om in het licht van de Limburgse opgaven rond natuur, water, landbouw en landschap samen te komen tot vernieuwende grensoverschrijdende initiatieven.

Naast het subsidiëren van de terreinbeherende organisaties voor het opwaarderen en beter beheren van bestaande natuurgebieden, willen wij ook agrarisch natuur- en landschapsbeheer stimuleren. Daarbij wordt gebruik gemaakt van kennis en kunde van o.a. agrariërs, worden kenmerkende landschapselementen teruggebracht in hun oorspronkelijke staat en ontstaat tegelijkertijd een duurzaam verdienmodel voor deze ondernemers. Hiertoe willen wij structureel extra investeren in landschapsbeheer. Dit om, naast de LPLG middelen, invulling te geven aan één van de doelen in het LPLG om 10% groenblauwe dooradering in het landelijk gebied te realiseren in 2050, waarvan de helft van de opgave  in 2030 gerealiseerd dient te zijn in het gehele landelijk gebied. In de nader met de regio te begrenzen ‘prioritaire gebieden’ vraagt het Rijk in 2030 de gehele 10% te realiseren. Deze groenblauwe dooradering draagt bij aan wettelijke opgaves ten aanzien van onder andere VHR en KRW-doelen. 
Bij eventueel toekomstige financiering van regelingen rond landschapselementen en voedselbossen wordt aanhaking gezocht bij middelen van het LPLG (Groen-blauwe dooradering).

In en rond steden en dorpen zetten wij in op vergroening van de leefomgeving en stellen als doel dat in 2027 wijken en dorpen groener zijn. Dit om hier recreatie en biodiversiteit te bevorderen en hittestress en wateroverlast te beperken. In samenwerking met gemeenten stimuleren wij initiatieven van inwoners en vrijwilligers in dit kader. Ook blijven wij in de komende periode groene schoolpleinen stimuleren, waarbij wij het multifunctioneel gebruik ervan onderzoeken. Wij zien deze vergroening als een van de maatregelen die wij financieren uit het Leefbaarheidsfonds om de leefbaarheid in wijken of kernen te bevorderen.
Vanuit het Leaderprogramma stimuleren wij initiatieven – van onderop - die bijdragen aan het verbeteren van de leefbaarheid op het platteland.

Rol Provincie: bevoegd gezag, subsidient, partner, toetser, procesmanager, ondersteuner

Kwaliteit

Limburg beschikt over een rijk en afwisselend landschap. In de langjarige transitieopgave van het landelijk gebied zetten wij in op het versterken van de landschappelijke (kern)kwaliteiten via de grote programma’s zoals het LPLG. Dit veelal door het stapelen van doelen. De focus ligt hierbij op behoud, bevordering, beheer en beleving van het landschap. Dit onder andere door versterking van de groenblauwe dooradering en vergroting van het bosareaal. Wij leveren maatwerk en regelingen gericht op het stimuleren van initiatieven van vrijwilligers, agrariërs en andere inwoners die gericht zijn op het onderhouden en beheren van landschap en natuur. Via ondersteuning van de grensparken en Nationale parken versterken we de samenwerkingsprocessen gericht op versterking van de unieke kwaliteiten van de grensoverschrijdende Limburgse landschappen.

Tijd

In 2024 staat de regeling landschapselementen en voedselbossen open gericht op versterking van de groenblauwe dooradering. Wij ondersteunen de nieuwe periode van het EU-programma LEADER (Zuid-Limburg en Weerterland) waarvan openstelling in 2024 is voorzien. De transitie van het landelijk gebied is een langlopend proces dat loopt tot en met 2035. Vanuit de nationale en provinciale opgaven en tijdstermijnen rond natuur, water, landbouw en landschap worden in synergie met de grote programma’s als het LPLG de Limburgse landschappelijke (kern)kwaliteiten versterkt.

Geld

Voor de uitvoering van het product landschap is in de begroting  2024 € 2,00 mln. beschikbaar. Dit budget bestaat uit 41,5% personele lasten en 58,5%  reguliere middelen. Deze reguliere middelen ad € 1,17 mln. hebben vooral betrekking op:

  • Grensparken € 0,16 mln.
  • Nieuwe is het structurele budget voor landschapsbeheer ad € 1 mln. . Dit in lijn met de financiële vertaling van het coalitieakkoord. 2023-2027.