Financieel perspectief

Financieel perspectief

Financiële positie: gezond maar druk op duurzaam financieel evenwicht

Terug naar navigatie - Financiële positie: gezond maar druk op duurzaam financieel evenwicht

Een gezonde financiële positie komt tot uitdrukking in een sluitende begroting met een structureel evenwicht en voldoende weerstandsvermogen. Op deze bijgestelde begroting is het volgende van toepassing:

  • De bijgestelde Programmabegroting 2023 en bijhorende meerjarenraming 2024-2027 zijn structureel sluitend;
  • De generieke taakstelling uit de Statenperiode 2019-2023 was reeds volledig ingevuld;
  • Er is voldoende weerstandsvermogen om de financiële risico’s te dekken (surplus weerstandsvermogen € 957 mln., bron Jaarstukken 2022);
  • De onbenutte belastingcapaciteit bedraagt bijna € 65 mln. per jaar (stand 2023);
  • Solide eigen vermogenspositie van € 1,65 mld. per 1-1-2023. Dit beeld vertoont meerjarig een lichte daling, maar dat ligt in lijn met eerdere besluitvorming;
  • Een solide financieringspositie, waardoor de behoefte aan Vreemd Vermogen voorlopig beperkt is.

Daarmee concluderen wij dat puur vanuit financieel perspectief de financiële positie gezond is. Tegelijkertijd staat de financiële positie onder druk als gevolg van zowel eigen ambities als externe ontwikkelingen, waarmee een nieuwe financiële werkelijkheid zich aandient. Deze vertaalt zich, binnen de vigerende financiële kaders, in minder begrotingsruimte (begrotingsresultaat) voor deze Statenperiode. Een belangrijk risico vormt daarbij de herijking van het provinciefonds. Minder inkomsten zet het meerjarig structureel evenwicht immers verder onder druk (zie ook  de analyse van het structurele evenwicht). Ook de effecten van Betalen naar Gebruik (rekeningrijden) op de provinciale belastingen zijn nog onbekend.  In de inleiding van deze Voorjaarsnota zijn de diverse risico's beschreven, die het nu gepresenteerde beeld van structureel evenwicht onder druk zetten.

Andere relevante factoren zijn verder de loon- en prijsontwikkeling en de rente. De inflatie is nog steeds hoog (prognose 6,7%) waardoor de koopkracht van het eigen vermogen daalt. Tegelijkertijd stijgt de rente op de kapitaalmarkt, hetgeen zich vertaalt in een bijstelling van de provinciale rentebaten. Deze rendementen zijn te laag om het verlies aan koopkracht te compenseren.

Ontwikkeling van het begrotingsresultaat: voordelig door incidentele meevaller Enexis

Terug naar navigatie - Ontwikkeling van het begrotingsresultaat: voordelig door incidentele meevaller Enexis

Het begrotingsresultaat bedraagt in 2023 € 37,24 mln. Deze ruimte is gestegen t.o.v. van de laatst bijgestelde begroting bij de Eindejaarsbijstelling 2022/ Jaarstukken 2022 met € 27,60 mln. met name door de incidentele meevaller van Enexis. In onderstaande grafiek is de ontwikkeling terug te zien van het resultaat tot aan deze Voorjaarsnota.  Na 2026 dalen de inkomsten uit het provinciefonds. De daling in 2027 is te verklaren uit geactualiseerde verwachte lagere dividendopbrengsten (Enexis) en rentebaten. 

 

 

 

Begrotingsruimte resultaat 2023-2027 is gestegen

Terug naar navigatie - Begrotingsruimte resultaat 2023-2027 is gestegen

De totale ruimte uit het resultaat in de periode 2023-2027 bedraagt € 147,99 mln. Het laatste jaar van de Staten (2027) wordt traditioneel de ruimte slechts deels ingezet (1/4 deel) in verband met de verkiezingen. De jaarschijf 2027 heeft een begroot resultaat van € 14,63 mln. Hiervan is 1/4 deel bestemd voor deze Statenperiode (€ 3,66 mln.) en het resterende deel voor de volgende Staten (€ 10,98 mln.).  De becijferde ruimte uit het resultaat bedraagt daarmee € 137,01 mln.

Deze ruimte zal, op basis van het coalitieprogramma/collegeprogramma, worden verdeeld over de nieuwe programmareserves.

Begrotingsruimte binnen de begroting is beperkt

Terug naar navigatie - Begrotingsruimte binnen de begroting is beperkt

Naast het gepresenteerde begrotingsresultaat is de ruimte binnen de begroting beperkt:

  • Na verwerking van de voorstellen resteert er geen vrije ruimte binnen de beleidsintensiveringsmiddelen uit de Statenperiode 2019-2023. In het begrotingsresultaat is € 0,25 mln. aan vrijval opgenomen. 
  • Van de post onvoorzien resteert € 1,19 mln.

Binnen de vigerende financiële kaders is er binnen de huidige reserves verder geen begrotingsruimte beschikbaar. Inzet van de Immunisatiereserve om begrotingsruimte te creëren vraagt een politiek besluit. Dat geldt eveneens voor taakstellingen of het verhogen van opcenten.

Kengetal geeft inzicht in de ontwikkeling van structureel evenwicht: dit daalt

Terug naar navigatie - Kengetal geeft inzicht in de ontwikkeling van structureel evenwicht: dit daalt

In dit kengetal komt tot uitdrukking of de Provincie over voldoende structurele baten beschikt om de structurele lasten te dekken. Dit cijfer helpt mee om te beoordelen welke  structurele ruimte de Provincie heeft om de eigen lasten te dragen of welke structurele stijging van de baten of structurele daling van de lasten daarvoor nodig is. Wanneer dit percentage negatief is, betekent het dat het structurele deel van de baten onvoldoende ruimte biedt om de structurele lasten te blijven dragen. Een positief percentage betekent dat de structurele baten toereikend zijn om de structurele lasten (waaronder de financieringslasten) te dekken. Een cijfer van rond de nul (tussen – 0,4 en 0,4) betekent dat structurele baten en lasten min of meer in evenwicht zijn.

Uit de cijfers blijkt dat de gewijzigde begroting 2023 en bijhorende meerjarenraming structureel in evenwicht zijn. De dalende trend vanaf 2023 kenmerkt zich door het structureel opnemen van enkele begrotingsposten, zoals vastgesteld bij de Programmabegroting 2023. Vanaf 2026 zijn de effecten zichtbaar van het zogenaamde ravijn in het Provinciefonds, waarbij het Rijk haar uitgaven niet structureel heeft door geraamd. Een extra risico daarbij is het nog niet afgeronde proces van herijking van het Provinciefonds. En herverdeling kan nadelige effecten hebben. 

Ten opzichte van de laatstelijk gepubliceerde stand van de jaarstukken blijkt dat het structureel evenwicht in 2023 licht is gedaald en vanaf 2024 juist licht is gestegen. Dit is te verklaren uit de marginaal gewijzigde verhoudingen tussen de structurele baten en lasten op de totale begrotingsomvang.