
7. Een bereikbaar en toegankelijk Limburg
Een bereikbaar en toegankelijk Limburg
Terug naar navigatie - Een bereikbaar en toegankelijk LimburgIn 2025 zetten we onze inzet op de uitvoering van het Beleidskader "Een bereikbaar en Toegankelijk Limburg" voort. We werken aan de bereikbaarheid voor personen- en goederenverkeer - evenals de ontsluiting van het platteland. Toegankelijke en betaalbare mobiliteit is namelijk een kerntaak van de Provincie. Dat komt primair tot uiting in de wettelijke verantwoordelijkheden op het gebied van beheer en onderhoud van provinciale infrastructuur en het regionale openbaar vervoer. Daarnaast zetten we in op gedragsverandering, multimodaliteit, verduurzaming en verkeersveiligheid. Hiermee dragen we bij aan de verbetering van de leefbaarheid in Limburg.
Over het algemeen liggen we binnen dit programma op koers. Een aantal resultaten uit de doelenboom is reeds in 2024 gerealiseerd. Ook in 2025 leveren we een aantal resultaten op of werken we aan de resultaten die we in 2026 of 2027 zullen realiseren. Kanttekening hierbij is dat de impact van onze inspanningen grotendeels afhangt van andere factoren. Denk hierbij bijvoorbeeld aan het huidige Rijksbeleid ten aanzien van de verduurzaming van mobiliteit of de invloed van afleiding in het verkeer op de verkeersveiligheid.
Nadere informatie over onze doelen, te bereiken resultaten en ingezette middelen vindt u verder in deze programmaverantwoording.
Onze beleidskaders
Terug naar navigatie - Onze beleidskadersHet vigerende beleidskader is het beleidskader 'Een bereikbaar en toegankelijk Limburg'. De 'Nota infrastructurele kapitaalgoederen 2024 - 2027' is gelijktijdig met het beleidskader vastgesteld. In lijn met het beleidskader is op 10 december 2024 het 'Ontwikkelplan OV' door het college van Gedeputeerde Staten vastgesteld. Dit betreft, net als de Nota infrastructurele kapitaalgoederen, het verdiepend beleid rondom onze wettelijke taken.
Wat willen we bereiken?
Terug naar navigatie - Wat willen we bereiken?7.1. Mobiliteit en bereikbaarheid
Terug naar navigatie - 7.1. Mobiliteit en bereikbaarheidWe werken aan een bereikbaarder en verkeersveiliger Limburg voor iedereen. Daarmee dragen we bij aan een duurzamer, leefbaarder en aantrekkelijker mobiliteitssysteem.
Ten aanzien van mobiliteit en bereikbaarheid streven we deze collegeperiode de volgende doelstellingen na:
- in 2027 zijn dorpen en buitenwijken van steden beter bereikbaar t.o.v. 2023;
- in 2027 is er sprake van een verbeterde bereikbaarheid van Limburg nationaal en internationaal (goederen en personen) t.o.v. 2023;
- in 2027 vinden er meer duurzame verplaatsingen plaats (goederen en personen) t.o.v. 2023;
- in 2027 is de verkeersveiligheid verbeterd t.o.v. 2023.
Wat merkt de Limburger ervan?
Aan de hand van indicatoren maken wij zichtbaar of we op koers liggen met het behalen van onze doelstellingen voor deze Statenperiode. Hierbij is de Provincie natuurlijk ook afhankelijk van partners en andere autonome ontwikkelingen. De indicatoren die reeds beschikbaar zijn, zijn hieronder gepresenteerd.
Aantal geregistreerde verkeersslachtoffers per 100.000 inwoners (D_54b)
Deze grafiek toont het aantal geregistreerde verkeersslachtoffers (verkeersgewonden, verkeersdoden en gecombineerd) per 100.000 inwoners in Limburg. De verkeersslachtofferinformatie is afkomstig uit STAR-data (Via-stat). Het aantal inwoners is afkomstig van het Centraal Bureau voor de Statistiek. De registratie van verkeersongevallen vindt plaats door de politie. Niet alle verkeersongevallen en slachtoffers worden geregistreerd. Hoe ernstiger de afloop van een ongeval, hoe groter de kans dat registratie plaatsvindt. Na een daling in de jaren 2020 en 2021 is het aantal verkeersslachtoffers per 100.000 inwoners de afgelopen jaren gestegen.
Bron: Provincie Limburg
Deze grafiek toont de gemiddelde reisafstanden in kilometer voor inwoners van Limburg van hun woonadres naar de dichtstbijzijnde voorzieningen over de afgelopen 10 jaar. De meegenomen voorzieningen zijn: huisartsenpraktijk, apotheek, ziekenhuis (incl. en excl. buitenpolikliniek, grote supermarkt, overige dagelijkse levensmiddelen, kinderdagverblijf, buitenschoolse opvang, basisonderwijs, voortgezet onderwijs en bibliotheek. De indicator sluit hiermee aan op de methodiek die door het CROW gehanteerd wordt voor de landelijke monitoring van Regionale Mobiliteitsprogramma's (RMP). De afstand tot voorzieningen is in de afgelopen 10 jaar relatief stabiel gebleven, maar laat in de laatste twee jaar een geringe stijging zien.
Deze grafiek toont het gemiddeld aantal verplaatsingen per persoon per dag in Limburg. De informatie over het verplaatsingsgedrag komt voort uit het landelijke onderzoek Onderweg in Nederland (ODiN) van het CBS. Het gaat om reguliere verplaatsingen op Nederlands grondgebied inclusief binnenlandse vakantiemobiliteit. De gegevens zijn beschikbaar voor de jaren 2018 tot en met 2023. Het aantal verplaatsingen per persoon per dag is in 2023 gelijk aan het niveau in 2018. In de tussengelegen jaren is sprake geweest van een daling.
Deze grafiek toont het aandeel duurzame voertuigen ten opzichte van het totaal aantal voertuigen in het actieve wegvoertuigenpark. Het gaat om voertuigen die deel uitmaken van het actieve Nederlandse wegvoertuigenpark op 1 januari van het betreffende jaar. De gegevens zijn gebaseerd op het kentekenregister van het RDW. Voor de personenauto's en bedrijfsmotorvoertuigen wordt een uitsplitsing gemaakt naar brandstofsoort. Voertuigen met brandstofsoorten 'elektrisch' en 'plug-in hybride' zijn gekenmerkt als duurzame voertuigen. Over de afgelopen drie jaar is een jaarlijkse stijging van het aandeel duurzame voertuigen zichtbaar.
Deze indicator bevat het aandeel kilometers afgelegd door duurzame personenauto's in Limburg. De indicator is samengesteld door het wegvoertuigenpark dat geregistreerd is in Limburg en in Nederland per brandstofsoort, het aantal personenauto's dat gedurende het betreffende jaar op de weg in Limburg kan zijn geweest opgenomen en het gemiddeld jaarkilometrage. Voertuigen met brandstofsoorten 'elektrisch' en 'plug-in hybride' zijn gekenmerkt als duurzame voertuigen. Het aandeel van de afgelegde kilometers met duurzame voertuigen is de afgelopen 3 jaar gestegen, maar betreft nog een klein deel van het totaal.
Deze grafiek toont de Modal Split naar afgelegde afstand per vervoerswijze. Dit betreft het gemiddelde aantal kilometers dat een persoon op een dag aflegt. De afstand naar vervoerwijze is op basis van de ritvervoerwijze zodat ook voor- en natransport apart gemeten zijn. Bijvoorbeeld bij een verplaatsing van huis naar het werk met achtereenvolgens de fiets naar het station, de trein en te voet naar kantoor worden de kilometers voor de drie vervoerwijzen apart geteld.
Deze grafiek toont het aandeel van het vervoerd gewicht van betreffende modaliteit ten opzichte van het totaal aan vervoerd gewicht. De cijfers hebben betrekking op de binnenvaart, het weg- en spoorvervoer. Het onderzoek betreffende de binnenvaart is gebaseerd op integrale waarneming van alle reizen op de Nederlandse vaarwegen. Het onderzoek betreffende het wegvervoer is gebaseerd op een aselecte steekproef onder bedrijfsvoertuigen. Het onderzoek betreffende spoorvervoer is gebaseerd op integrale waarneming van vervoerde tonnen en tonkilometers over het spoor op Nederlands grondgebied. De gegevens over de afgelopen 3 jaar laten kleine fluctuaties zien, maar zijn in grote lijnen stabiel.
Deze grafiek toont het aantal geregistreerde verkeersongevallen per 100.000 inwoners in Limburg. De verkeersongevallen informatie is afkomstig uit STAR-data (Via-stat). Het aantal inwoners is afkomstig van het Centraal Bureau voor de Statistiek. De registratie van verkeersongevallen vindt plaats door de politie. Niet alle verkeersongevallen en slachtoffers worden geregistreerd. Hoe ernstiger de afloop van een ongeval, hoe groter de kans dat registratie plaatsvindt. Na een daling in 2020 is het aantal verkeersongevallen per 100.000 inwoners de afgelopen jaren gestegen.
Aandeel van het provinciale wegennet waarbij de reistijd in spitstijd maximaal 1,5 keer zo lang is als in de dalperiode (reistijdverhouding). De reistijdverhoudingen zijn gebaseerd op Floating Car Data die landelijk door het Nationaal Dataportaal Wegverkeer (NDW) worden ingekocht bij Be-Mobile. De gerealiseerde snelheden en reistijdverhoudingen spits t.o.v. dal vormen een indicator voor de monitoring (doorstroming/bereikbaarheid) en helpen ons bij het identificeren van mogelijke capaciteitsknelpunten op het wegennet. De reistijdverhouding is voor zowel de ochtend- als avondspits nagenoeg onveranderd. Tijdens het drukste kwartier is in alle kwartalen sprake van een lichte daling van het aandeel ten opzichte van het voorgaande jaar.
Aandeel van het rijkswegennet in en nabij Limburg waarbij de reistijd in spitstijd maximaal 1,5 keer zo lang is als in de dalperiode (reistijdverhouding). Voor methodiek, zie indicator D_56_aa hierboven.
De reistijdverhouding in de ochtend- en avondspits zijn nagenoeg onveranderd. Tijdens het drukste kwartier is in kwartaal 1 en kwartaal 3 sprake van een lichte daling van het aandeel ten opzichte van het voorgaande jaar. In kwartaal 2 is sprake van een lichte stijging van het aandeel.
7.2. Openbaar vervoer en wegbeheer
Terug naar navigatie - 7.2. Openbaar vervoer en wegbeheerWe werken aan een bereikbaarder en verkeersveiliger Limburg voor iedereen. Daarmee dragen we bij aan een duurzamer, leefbaarder en aantrekkelijker mobiliteitssysteem.
Ten aanzien van het openbaar vervoer en wegbeheer streven we deze collegeperiode de volgende doelstellingen na:
- in 2027 is de kwaliteit van het openbaar vervoer voor de Limburgers verbeterd t.o.v. 2023;
- in 2027 zijn dorpen en buitenwijken van steden beter bereikbaar t.o.v. 2023;
- in 2027 is de verkeersveiligheid verbeterd t.o.v. 2023.
- In 2027 voldoet het provinciale infrastructurele areaal aan het kwaliteitsniveau ‘Basis'.
Wat merkt de Limburger ervan?
Aan de hand van indicatoren maken wij zichtbaar of we op koers liggen met het behalen van onze doelstellingen voor deze Statenperiode. Hierbij is de Provincie natuurlijk ook afhankelijk van partners en andere autonome ontwikkelingen. De indicatoren die reeds beschikbaar zijn, zijn hieronder gepresenteerd.
Aantal geregistreerde verkeersslachtoffers per 100.000 inwoners (D_54b)
Deze grafiek toont het aantal geregistreerde verkeersslachtoffers (verkeersgewonden, verkeersdoden en gecombineerd) per 100.000 inwoners in Limburg. De verkeersslachtofferinformatie is afkomstig uit STAR-data (Via-stat). Het aantal inwoners is afkomstig van het Centraal Bureau voor de Statistiek. De registratie van verkeersongevallen vindt plaats door de politie. Niet alle verkeersongevallen en slachtoffers worden geregistreerd. Hoe ernstiger de afloop van een ongeval, hoe groter de kans dat registratie plaatsvindt. Na een daling in de jaren 2020 en 2021 is het aantal verkeersslachtoffers per 100.000 inwoners de afgelopen jaren gestegen.
Bron: Provincie Limburg
Het areaal voldoet aan het kwaliteitsniveau 'Basis', ja/nee (D_61a)
Ja, het areaal voldoet aan het kwaliteitsniveau Basis, zoals dat is gedefinieerd door het Centrum voor Regelgeving en Onderzoek in de Grond-, Water- en Wegenbouw en de Verkeerstechniek (CROW).
Deze grafiek toont de gemiddelde reisafstanden in kilometer voor inwoners van Limburg van hun woonadres naar de dichtstbijzijnde voorzieningen over de afgelopen 10 jaar. De meegenomen voorzieningen zijn: huisartsenpraktijk, apotheek, ziekenhuis (incl. en excl. buitenpolikliniek, grote supermarkt, overige dagelijkse levensmiddelen, kinderdagverblijf, buitenschoolse opvang, basisonderwijs, voortgezet onderwijs en bibliotheek. De indicator sluit hiermee aan op de methodiek die door het CROW gehanteerd wordt voor de landelijke monitoring van Regionale Mobiliteitsprogramma's (RMP). De afstand tot voorzieningen is in de afgelopen 10 jaar relatief stabiel gebleven, maar laat in de laatste twee jaar een geringe stijging zien.
Deze grafiek toont het aantal geregistreerde verkeersongevallen per 100.000 inwoners in Limburg. De verkeersongevallen informatie is afkomstig uit STAR-data (Via-stat). Het aantal inwoners is afkomstig van het Centraal Bureau voor de Statistiek. De registratie van verkeersongevallen vindt plaats door de politie. Niet alle verkeersongevallen en slachtoffers worden geregistreerd. Hoe ernstiger de afloop van een ongeval, hoe groter de kans dat registratie plaatsvindt. Na een daling in 2020 is het aantal verkeersongevallen per 100.000 inwoners de afgelopen jaren gestegen.
CROW publiceert jaarlijks de OV-Klantenbarometer, een grootschalige landelijk onderzoek naar de mening van reizigers over het openbaar vervoer. We zien al jaren een stabiel cijfer, net onder 8. Dit is in lijn met het Nederlandse beeld, dat in 2023 op 7,8 uitkomt.
Percentage van de treinen/bussen die binnen 3 minuten na de geplande aankomsttijd arriveren op een knooppunt of eindstation. De hier weergegeven punctualiteit is het gemiddelde over alle maanden van het betreffende jaar. Dit zijn de niet-gecorrigeerde totalen (cijfers die gebruikt worden in de afrekening kunnen daardoor licht afwijken). De punctualiteit voor bus is licht afgenomen. De ontwikkeling van punctualiteit voor trein verschillen sterk per treintraject, voor de trajecten van RS 11 en RS 18 zijn is deze in 2023 vergelijkbaar met het voorgaande jaar. Voor de trajecten RS 12, RS 15 zijn deze licht gedaald. Uitzondering betreft het traject RE18 Maastricht-Heerlen-Aachen, waar sprake is van een sterke daling.
Alle uitgevallen kilometers (uitgedrukt in een percentage ten opzichte van de geplande dienstregeling) die zijn ontstaan door de vervoerder (materieelstoringen, logistieke redenen of door personeel). Niet-verwijtbare rituitval (b.v. sein-, wissel-, overweg- en stroomstoringen) zijn hiervoor al in mindering gebracht. Rituitval vanwege stakingen telt niet als verwijtbaar en is daarom niet meegenomen in de cijfers. Ook uitgevallen ritten waarvoor treinvervangend busvervoer is ingezet, worden niet meegeteld onder verwijtbare rituitval. De rituitval voor bus en elektrische trein is in 2023 gestegen. De rituitval van diesel treinen is gelijk gebleven ten opzichte van 2022.
7.3. Limburg nationaal en internationaal verbinden
Terug naar navigatie - 7.3. Limburg nationaal en internationaal verbindenWe werken aan een bereikbaarder en verkeersveiliger Limburg voor iedereen. Daarmee dragen we bij aan een duurzamer, leefbaarder en aantrekkelijker mobiliteitssysteem.
Ten aanzien van Limburg nationaal en internationaal verbinden streven we deze collegeperiode de doelstellingen zoals geformuleerd voor product 7.1. na.
Wat merkt de Limburger ervan?
De doelstellingen en indicatoren voor product 7.3 zijn gelijk aan product 7.1.
Uitvoering begroting 2025: budgetrealisatie
Terug naar navigatie - Uitvoering begroting 2025: budgetrealisatieDe totale lasten van de gewijzigde begroting 2025 voor dit programma tot aan de Voorjaarsnota bedragen € 203,45 mln., bestaande uit € 166,81 mln. reguliere middelen, € 15,25 mln. personeelskosten en € 21,39 mln. kapitaallasten.
In onderstaande grafiek presenteren wij alleen de reguliere middelen vanwege de beïnvloedbaarheid van deze posten. Het betreft de bestedingen en juridische verplichtingen tot 1 april (gerealiseerd en verplicht) en de op dat moment resterende vrije ruimte binnen de vastgestelde budgetten.
Onze voortgangsanalyse geeft aan dat het op dit moment niet nodig is om de begroting bij te stellen.
Wat mag het kosten?
Terug naar navigatie - Wat mag het kosten?In deze Voorjaarsnota 2025 wordt de begroting van het programma 'Een bereikbaar en toegankelijk Limburg' bijgesteld op basis van de inhoudelijke en financiële voortgang, zoals beschreven in de beleidsproducten en voortgangsinformatie.
De volgende voorstellen van ophoging van budget zijn opgenomen:
- aanvullende middelen ad € 12,00 mln., bestaande uit een ontvangen Europees Subsidie voor het project Rhombus Upside III. Dit bedrag is als last en als baat in de begroting opgenomen.
Daarnaast heeft een actualisatie van de kapitaallasten (- € 4,45 mln.) plaatsgevonden, als gevolg van een aangepaste planning van de uitgaven van:
- de infraprojecten N595 Wittemer Allee (i.v.m. beroepsprocedure) en fase 1 van project N598 Reconstructie De Hut–De Plank (i.v.m. stikstof en planning netbeheerders) (bedrag € 2,87 mln.);
- het project Maaslijn (€ 1,58 mln.), i.v.m. bijgesteld uitgavenpatroon. Dit betreft een financieel-technische correctie en heeft geen invloed op (de mijlpalen van) het project.
Tot slot storten wij bij deze Voorjaarsnota € 2,30 mln. in de nieuwe bestemmingsreserve AROV. Dit bedrag komt voort uit afspraken met het Ministerie van I&W en dient als risicobuffer voor het verbeteren van de overwegbeveiliging, als randvoorwaarden om twee keer/uur de trein tussen Maastricht en Luik te laten rijden. In de Financiële begroting staat een uitgebreide toelichting op het instellingsbesluit van deze reserve.
Per saldo stijgen de lasten met € 7,55 mln. en de baten met € 12,00 mln. Het gevolg van deze wijzigingen is dat het begrote uitgavenvolume van de begroting (lasten en stortingen in de reserves) van dit programma stijgt van € 203,45 mln. naar € 213,33 mln.
Voor nadere details verwijzen wij naar de toelichtingen op product-niveau bij 'Wat gaan we daarvoor doen?', onderdeel Geld.