9. § Duurzaamheid
Inleiding
Terug naar navigatie - 9. § Duurzaamheid - InleidingDe afgelopen jaren zette de Provinciale organisatie diverse stappen om haar bedrijfsvoering en uitvoerende taken te verduurzamen. Het belang om sneller en gestructureerd toe te werken naar een duurzame organisatie die haar negatieve impact op mens, dier en milieu vermindert, neemt echter steeds sterker toe door toenemende wet- en regelgeving en een groeiende noodzaak in de maatschappij om te verduurzamen. Vanuit onze maatschappelijke voorbeeldfunctie is in de nieuwe beleidskaders ‘Nieuwe Energie en Schoon Leefmilieu’ en ‘Werken aan een toekomstbestendige economie’ opgenomen dat wij als organisatie een plan schrijven wat aantoont hoe de provinciale organisatie haar negatieve impact op mens, dier en milieu richting 2030 gaat reduceren. Dat plan is ondertussen vastgesteld en is getiteld het 'uitvoeringsplan duurzaamheid 2024-2030'. Dit uitvoeringsplan duurzaamheid 2024-2030 laat op een integrale wijze zien hoe de organisatie als maatschappelijke organisatie ‘het goede voorbeeld’ geeft richting de Limburger en welke acties nodig zijn om onze bijdrage te leveren aan een duurzame samenleving.
De opgave
Terug naar navigatie - 9. § Duurzaamheid - De opgaveHet uitvoeringsplan duurzaamheid 2024-2030 is gebaseerd op het huidige wettelijk kader, landelijke en Europese ambities, ambities voortkomend uit diverse akkoorden en intentieverklaringen en trends in de maatschappij. Dan gaat het bijvoorbeeld om de Klimaatwet, de routekaart schoon en emissieloos bouwen (SEB), het manifest maatschappelijk verantwoord opdrachtgeven en inkopen (MVOI), het Nationaal Programma circulaire economie en de Europese Corporate Sustainability Reporting Directive (CSRD).
Uitvoeringsplan duurzaamheid 2024-2030
Terug naar navigatie - 9. § Duurzaamheid - Uitvoeringsplan duurzaamheid 2024-2030Het uitvoeringsplan duurzaamheid 2024-2030 kent 4 strategische doelen, nl.:
1: CO2-reductie: minimaal 55% CO2-reductie realiseren in 2030 t.o.v. 2019;
2: Energiereductie: jaarlijks 1,9% energiereductie tot en met 2030;
3: Circulariteit: minimaal 50% reductie in het gebruik van primaire grondstoffen in 2030 t.o.v. 2019;
4: Implementatie: in 2030 is duurzaamheid een vanzelfsprekendheid in bedrijfsprocessen van de Provinciale organisatie.
Deze doelen zijn vertaald naar 5 thema's die betrekking hebben op de diverse organisatieonderdelen van de provinciale organisatie, nl.: energie; duurzaam inkopen en afval; mobiliteit; duurzame infrastructuur; en mindset. Vervolgens gaat het om circa 175 reductiemaatregelen op deze thema's.
Financiën
Terug naar navigatie - 9. § Duurzaamheid - FinanciënHet uitvoeringsplan duurzaamheid 2024-2030 streeft er naar om duurzaamheid te integreren in bestaande bedrijfsprocessen en budgetstromen. De huidige verwachting voor de periode 2024-2027 is dat de mogelijke meerkosten en opbrengsten n.a.v. de voorgestelde maatregelen in enkele gevallen leiden tot specifieke meerkosten, zoals binnen duurzame infrastructuur (provinciaal wegbeheer en -aanleg) en energie (gebouwen). Binnen de desbetreffende budgetstromen wordt de impact van deze meerkosten met bijbehorende baten tijdig inzichtelijk gemaakt en geagendeerd. Deze insteek stimuleert de organisatie om het ‘duurzaamheidsaandeel’ inzichtelijk te maken om het vervolgens als een integraal onderdeel mee te wegen in onze besluitvorming. Voor het uitvoeringsplan duurzaamheid is een aanjaagbudget van € 314.000 tot en met 2027 beschikbaar gesteld (NJN2024). Een bedrag van € 289.800 is reeds ingezet voor de aanbesteding externe ondersteuning voor de uitvoering van het uitvoeringsplan duurzaamheid.
Monitoring & voortgang
Terug naar navigatie - 9. § Duurzaamheid - Monitoring & voortgangEffectieve ondersteuning en monitoringinstrumenten
In 2024 en begin 2025 is via een aanbesteding externe ondersteuning geselecteerd voor de uitvoering van het uitvoeringsplan duurzaamheid. Dankzij deze ondersteuning zijn de voetafdrukken over de jaren 2023 en 2024 zorgvuldig in kaart gebracht en is gestart met een actieplan maatschappelijk verantwoord opdrachtgeven en inkopen (MVOI). Daarnaast is begonnen met de doorontwikkeling (automatisering dataproces) van ons duurzaamheidsdashboard. Hiermee verkrijgen we betere (sturings)informatie op de voortgang van de gestelde doelen, zodat gerichte en directe bijsturing mogelijk is. De klimaatmonitor 2024 is nog conform de opzet vanuit voorgaande jaren. Zowel de klimaatmonitor als de voetafdruk worden de komende jaren doorontwikkeld wat gaat leiden tot nieuwe inzichten en data.
Voetafdruk 2024: aanzienlijke reductie ten opzichte van 2019
De totale CO2-voetafdruk van de Provincie bedraagt in 2024 ruim 520 kton CO2. Dit is een daling van 10% ten opzichte van het vergelijkbare referentiejaar 2019.
Binnen deze voetafdruk onderscheiden we een beïnvloedbaar deel (scope 1, 2 en zakelijke dienstreizen) en een niet-beïnvloedbaar deel (waaronder leveranciers en eindgebruikers binnen scope 3). Het beïnvloedbare deel is sinds 2019 met maar liefst 80% gereduceerd. De reductie binnen de beïnvloedbare mobiliteit — waaronder het eigen wagenpark, dienstreizen en woon-werkverkeer— bedraagt 30%. Deze daling is grotendeels toe te schrijven aan een structurele afname van het woon-werkverkeer door thuiswerken. Hieronder de visualisatie van de voetafdruk 2024:

Toekomstige opgave: ketenverantwoordelijkheid in scope 3
De duurzaamheidsopgave voor de komende jaren ligt met name in de minder beïnvloedbare scope 3-categorieën. Dit betreft enerzijds het ‘upstream’ deel bij leveranciers, zoals het gebruik van grondstoffen, goederen en GWW-werkzaamheden. Anderzijds speelt het ‘downstream’ deel, waarin maatschappelijke ontwikkelingen zoals verkeer op provinciale wegen een belangrijke rol spelen. Samenwerking met ketenpartners en innovatie in de uitvoering zijn hierin essentieel.
Circulaire grondstoffen: eerste resultaten zichtbaar
In de klimaatmonitor 2024 is de circulariteit van beton en asfalt inzichtelijk gemaakt. Hieruit blijkt dat bijna 40% van de ingekochte hoeveelheden al uit secundaire (gerecyclede) bronnen afkomstig is. In 2025 wordt deze monitoring verder uitgebreid naar andere grondstoffen, met als doel de voortgang van het uitvoeringsplan duurzaamheid te monitoren en eventueel bij te sturen.
Energieverbruik provinciale gebouwen: stabilisatie en verduurzaming
Het energieverbruik van de provinciale gebouwen in eigendom (exclusief verhuurde panden) is in zowel 2023 als 2024 nagenoeg gelijk gebleven. Vergeleken met 2019 is sprake van een afname in aardgasverbruik, maar daar staat tegenover dat het gebruik van stadswarmte is toegenomen. Deze verschuiving draagt bij aan de bredere doelstelling om fossiele bronnen uit te faseren.