2. Samen leven en bestaanszekerheid
Doelenboom
Terug naar navigatie - 2. Samen leven en bestaanszekerheid - DoelenboomDe indicatoren in dit hoofdstuk relateren allemaal aan de maatschappelijke opgaven, doelstellingen en resultaten uit de doelenboom beleidskader 'Samen leven en bestaanszekerheid' (pdf, 65 kB).
2. Maatschappelijke opgave
Terug naar navigatie - - 2. Maatschappelijke opgaveMaatschappelijke opgave
Terug naar navigatie - 2. Maatschappelijke opgave - Maatschappelijke opgaveAan de hand van indicatoren maken we zichtbaar hoe het over de lange termijn (trendmatig) gesteld is met de maatschappelijke opgaven van het beleidskader ‘Samen leven en bestaanszekerheid 2024-2027’. De indicatoren die reeds beschikbaar zijn, zijn hieronder per maatschappelijke opgave gepresenteerd.
Terugdringen van armoede en laaggeletterdheid (MO 2)
Terug naar navigatie - 2. Maatschappelijke opgave - Terugdringen van armoede en laaggeletterdheid (MO 2)Percentage Limburgers dat laaggeletterd is (MO_2a)
Terug naar navigatie - 2. Maatschappelijke opgave - Percentage Limburgers dat laaggeletterd is (MO_2a)Het percentage is gebaseerd op de Limburgse beroepsbevolking (inwoners van 16 tot en met 65 jaar) uit het jaar 2020. Ter vergelijking, in heel Nederland is circa 12% van de beroepsbevolking laaggeletterd.
Het aandeel huishoudens met een (langdurig) laag inkomen (MO_2b)
Terug naar navigatie - 2. Maatschappelijke opgave - Het aandeel huishoudens met een (langdurig) laag inkomen (MO_2b)Deze grafiek bevat uitkomsten over huishoudens met een relatief laag inkomen. De uitkomsten worden uitgesplitst naar huishoudenskenmerken als geslacht en leeftijd van de hoofdkostwinner, en de huishoudenssamenstelling en voornaamste inkomensbron van het huishouden. Voor de indeling naar hoogte van het inkomen worden twee inkomensgrenzen gehanteerd: de lage-inkomensgrens en het beleidsmatig minimum. Voor deze indelingen wordt het aantal huishoudens gepubliceerd, zowel absoluut als in procenten van de totale populatie. De tabel bevat ook gegevens over het aantal huishoudens dat langdurig (4 jaar en langer) van een inkomen onder de gebruikte inkomensgrens moest rondkomen. De uitkomsten worden onder meer gebruikt in rapportages over armoede.
De gegevens hebben betrekking op alle particuliere huishoudens met inkomen, per 1 januari van het verslagjaar. Studentenhuishoudens en huishoudens die slechts een deel van het jaar inkomen hadden zijn buiten beschouwing gebleven.
De data laten een opvallende afname zien in 2023. Dit is onderdeel van een landelijke trend en kan verklaard worden door de nieuwe definitie van ‘armoede’ die het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS), het Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP) en het Nationaal Instituut voor Budgetvoorlichting (NIBUD) eind 2024 gepresenteerd. In die nieuwe methode worden de werkelijke kosten die mensen hebben aan wonen en energie meegenomen in plaats van gemiddelden. Daarnaast is gekeken of huishoudens een financiële buffer hebben. Op basis van de nieuwe definitie leven er circa 280.000 minder mensen in armoede dan op basis van de oude definitie. Ook speelt mee dat het Rijk in 2023 een Tijdelijk Noodfonds Energie heeft opgericht om huishoudens met een laag inkomen en een hoge energierekening te ondersteunen.
Gegevens beschikbaar vanaf: 2016.
Status van de cijfers:
De cijfers over de jaren 2016 - 2022 zijn definitief.
De cijfers over 2023 zijn voorlopig. Nieuwe cijfers worden verwacht in december 2025, en zullen verschijnen in een nieuwe tabel.
Aandeel huishoudens met problematische schulden (MO_2c)
Terug naar navigatie - 2. Maatschappelijke opgave - Aandeel huishoudens met problematische schulden (MO_2c)Voor de aanpak van probleemschulden is behoefte aan kwantitatieve informatie over de schuldenproblematiek in Nederland. Hoe omvangrijk is deze? Hoe ontwikkelt deze zich? Wat kenmerkt problematische schuldenaren? Zijn bepaalde levensgebeurtenissen een voorbode van probleemschulden? Met welke andere problemen hangen problematische schulden samen? Zijn er verschillen tussen gemeenten? Het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) is door het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW) gevraagd de beschikbare cijfers op een rij te zetten om deze vragen te kunnen beantwoorden.
Onderstaand grafiek bevat de uitkomsten van onderzoek naar huishoudens met geregistreerde problematische schulden. De cijfers hebben betrekking op de periode 2020 tot en met 2024 en komen voort uit onderzoek op basis van registerdata. Per verslagjaar wordt steeds de situatie op 1 januari van het betreffende jaar weergegeven.
Aantal kinderen dat geboren wordt in een gezin in een kwetsbare situatie (MO_3a)
Terug naar navigatie - 2. Maatschappelijke opgave - Aantal kinderen dat geboren wordt in een gezin in een kwetsbare situatie (MO_3a)De weergegeven indicator is het aantal levendgeborenen waarvan de moeder op basis van een combinatie van verschillende aanwezige risicofactoren en een gebrek aan beschermende factoren te maken heeft met meervoudige kwetsbaarheid t.o.v. het totaal aantal levendgeborenen.
De cijfers over 2023 komen in Q4 2025 beschikbaar.
Vergroten van de sociale cohesie en gemeenschapszin (MO 4)
Terug naar navigatie - 2. Maatschappelijke opgave - Vergroten van de sociale cohesie en gemeenschapszin (MO 4)Schaalscore sociale cohesie (MO_4a)
Terug naar navigatie - 2. Maatschappelijke opgave - Schaalscore sociale cohesie (MO_4a)Sociale cohesie is opgebouwd vanuit een veiligheidsmonitor van het CBS (Statline) en bestaat uit verschillende onderdelen over de sociale aspecten van een woonbuurt.
Vanaf 2021 betreft het een achttal stellingen:
• Mensen kennen elkaar nauwelijks
• Mensen gaan prettig met elkaar om
• Gezellige buurt waar men elkaar helpt
• Voel mij thuis bij mensen in deze buurt
• Veel contact met andere buurtbewoners
• Tevreden met samenstelling bevolking
• Durf mijn huissleutel te geven
• Mensen spreken elkaar aan op gedrag
Tot en met 2019 is er gebruikgemaakt van de onderstaande set stellingen:
• Mensen kennen elkaar nauwelijks
• Mensen gaan prettig met elkaar om
• Gezellige buurt met veel saamhorigheid
• Voel mij thuis bij mensen in deze buurt
• Veel contact met andere buurtbewoners
• Tevreden met samenstelling bevolking
Tot en met 2017 werd de Veiligheidsmonitor jaarlijks uitgevoerd. Daarna vindt de Veiligheidsmonitor plaats in de oneven jaren: 2019, 2021, 2023 en de volgende in 2025.
De data van 2025 worden halverwege 2026 verwacht.
Leefbarometer deelscore sociale samenhang (MO_5a)
Terug naar navigatie - 2. Maatschappelijke opgave - Leefbarometer deelscore sociale samenhang (MO_5a)De Leefbaarometer is een instrument dat tot op laag schaalniveau een inschatting geeft van de leefbaarheid. Het instrument doet dat op basis van een groot aantal kenmerken van de woonomgeving. Deze variëren van de in een gebied gepleegde misdrijven tot de lokale geluidsbelasting. De Leefbaarometer is onderverdeeld in vijf ‘dimensies’ waarbinnen thematisch met elkaar samenhangende indicatoren zijn gegroepeerd. De 'fysieke omgeving' is één van deze dimensies.
De Leefbaarometer kent een totaalscore per gebied. Daarnaast wordt de afwijking t.o.v. het landelijk gemiddelde getoond. Onderstaande grafiek toont in hoeverre de dimensie sociale samenhang (bijv. sociale cohesie en levensfase diversiteit) gemiddeld bijdraagt aan de afwijking t.o.v. het landelijk gemiddelde.
Op wijk- en buurtniveau kan de sociale samenhang een positieve of negatieve bijdrage hebben. Op hogere schaalniveaus zijn die afwijkingen niet zichtbaar. Bezoek daarom de website Leefbaarometer.nl voor kaarten en onderliggende indicatoren.
Deze indicator geeft aan in hoeveel Limburgse gemeenten de deelscore sociale samenhang een positieve bijdrage levert aan de leefbaarheid en bij hoeveel gemeenten dit een negatieve bijdrage betreft ten opzicht van het landelijk gemiddelde.
Leefbarometer deelscore overlast & onveiligheid (MO_5b)
Terug naar navigatie - 2. Maatschappelijke opgave - Leefbarometer deelscore overlast & onveiligheid (MO_5b)De Leefbaarometer is een instrument dat tot op laag schaalniveau een inschatting geeft van de leefbaarheid. Het instrument doet dat op basis van een groot aantal kenmerken van de woonomgeving. Deze variëren van de in een gebied gepleegde misdrijven tot de lokale geluidsbelasting. De Leefbaarometer is onderverdeeld in vijf ‘dimensies’ waarbinnen thematisch met elkaar samenhangende indicatoren zijn gegroepeerd. De 'fysieke omgeving' is één van deze dimensies.
De Leefbaarometer kent een totaalscore per gebied. Daarnaast wordt de afwijking t.o.v. het landelijk gemiddelde getoond. Onderstaande grafiek toont in hoeverre de dimensie overlast en onveiligheid (bijv. ervaren overlast en onveiligheid en aantal vernielingen en orde verstoringen) gemiddeld bijdraagt aan de afwijking t.o.v. het landelijk gemiddelde.
Op wijk- en buurtniveau kan de deelscore overlast en onveiligheid een positieve of negatieve bijdrage hebben. Op hogere schaalniveaus zijn die afwijkingen niet zichtbaar. Bezoek daarom de website Leefbaarometer.nl voor kaarten en onderliggende indicatoren.
Deze indicator geeft aan in hoeveel Limburgse gemeenten de deelscore overlast en onveiligheid een positieve bijdrage levert aan de leefbaarheid en bij hoeveel gemeenten dit een negatieve bijdrage betreft ten opzicht van het landelijk gemiddelde.
Een gezonde Limburger door meer bewegen en sporten (MO 6)
Terug naar navigatie - 2. Maatschappelijke opgave - Een gezonde Limburger door meer bewegen en sporten (MO 6)Percentage Limburgers dat de ervaren gezondheid als goed/zeer goed beschouwt (MO_6a)
Terug naar navigatie - 2. Maatschappelijke opgave - Percentage Limburgers dat de ervaren gezondheid als goed/zeer goed beschouwt (MO_6a)Percentage Limburgers dat de ervaren gezondheid als goed/zeer goed beschouwt. De gegevens worden landelijk eenmaal per vier jaar geüpdatet. Laatste update is van 20 juni 2023, daarmee zijn de cijfers over het verslagjaar 2022 gepubliceerd.
2. Doelstellingen
Terug naar navigatie - - 2. DoelstellingenInleiding
Terug naar navigatie - 2. Doelstellingen - InleidingAan de hand van de genoemde indicatoren maken wij zichtbaar of we op koers liggen met het behalen van onze doelstellingen voor deze Statenperiode. De indicatoren die reeds beschikbaar zijn, zijn hieronder gepresenteerd.
In 2027 zijn er minder laaggeletterden, laagdigivaardigen en mensen in armoede dan in 2023 (D 7)
Terug naar navigatie - 2. Doelstellingen - In 2027 zijn er minder laaggeletterden, laagdigivaardigen en mensen in armoede dan in 2023 (D 7)Aantal laaggeletterde Limburgers dat effectieve ondersteuning heeft gekregen (D_7a)
Terug naar navigatie - 2. Doelstellingen - Aantal laaggeletterde Limburgers dat effectieve ondersteuning heeft gekregen (D_7a)Dit betreft het in 2023 door Limburgse bibliotheken aantal bereikte personen vanuit de kernfunctie 'educatie en ontwikkeling'. Deze doelgroep bestaat niet alleen uit laaggeletterden, maar ook uit andere personen die hun basisvaardigheden willen versterken.
De cijfers over 2024 komen pas in oktober beschikbaar in de Bibliotheekmonitor.
Aantal laagdigivaardige Limburgers dat effectieve ondersteuning heeft gekregen (D_7b)
Terug naar navigatie - 2. Doelstellingen - Aantal laagdigivaardige Limburgers dat effectieve ondersteuning heeft gekregen (D_7b)Dit betreft het aantal personen dat in een peiljaar bij een Limburgse bibliotheek ondersteuning heeft gekregen bij een Informatiepunt Digitale Overheid (IDO).
Aandeel huishoudens met een (langdurig) laag inkomen (D_7c)
Terug naar navigatie - 2. Doelstellingen - Aandeel huishoudens met een (langdurig) laag inkomen (D_7c)Deze grafiek bevat uitkomsten over huishoudens met een relatief laag inkomen. De uitkomsten worden uitgesplitst naar huishoudenskenmerken als geslacht en leeftijd van de hoofdkostwinner, en de huishoudenssamenstelling en voornaamste inkomensbron van het huishouden. Voor de indeling naar hoogte van het inkomen worden twee inkomensgrenzen gehanteerd: de lage-inkomensgrens en het beleidsmatig minimum. Voor deze indelingen wordt het aantal huishoudens gepubliceerd, zowel absoluut als in procenten van de totale populatie. De tabel bevat ook gegevens over het aantal huishoudens dat langdurig (4 jaar en langer) van een inkomen onder de gebruikte inkomensgrens moest rondkomen. De uitkomsten worden onder meer gebruikt in rapportages over armoede.
De gegevens hebben betrekking op alle particuliere huishoudens met inkomen, per 1 januari van het verslagjaar. Studentenhuishoudens en huishoudens die slechts een deel van het jaar inkomen hadden zijn buiten beschouwing gebleven.
De data laten een opvallende afname zien in 2023. Dit is onderdeel van een landelijke trend en kan verklaard worden door de nieuwe definitie van ‘armoede’ die het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS), het Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP) en het Nationaal Instituut voor Budgetvoorlichting (NIBUD) eind 2024 gepresenteerd. In die nieuwe methode worden de werkelijke kosten die mensen hebben aan wonen en energie meegenomen in plaats van gemiddelden. Daarnaast is gekeken of huishoudens een financiële buffer hebben. Op basis van de nieuwe definitie leven er circa 280.000 minder mensen in armoede dan op basis van de oude definitie. Ook speelt mee dat het Rijk in 2023 een Tijdelijk Noodfonds Energie heeft opgericht om huishoudens met een laag inkomen en een hoge energierekening te ondersteunen.
Gegevens beschikbaar vanaf: 2016.
Status van de cijfers:
De cijfers over de jaren 2016 - 2022 zijn definitief.
De cijfers over 2023 zijn voorlopig. Nieuwe cijfers worden verwacht in december 2025, en zullen verschijnen in een nieuwe tabel.
Aandeel huishoudens met problematische schulden (D_7d)
Terug naar navigatie - 2. Doelstellingen - Aandeel huishoudens met problematische schulden (D_7d)Voor de aanpak van probleemschulden is behoefte aan kwantitatieve informatie over de schuldenproblematiek in Nederland. Hoe omvangrijk is deze? Hoe ontwikkelt deze zich? Wat kenmerkt problematische schuldenaren? Zijn bepaalde levensgebeurtenissen een voorbode van probleemschulden? Met welke andere problemen hangen problematische schulden samen? Zijn er verschillen tussen gemeenten? Het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) is door het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW) gevraagd de beschikbare cijfers op een rij te zetten om deze vragen te kunnen beantwoorden.
Onderstaand grafiek bevat de uitkomsten van onderzoek naar huishoudens met geregistreerde problematische schulden. De cijfers hebben betrekking op de periode 2020 tot en met 2024 en komen voort uit onderzoek op basis van registerdata. Per verslagjaar wordt steeds de situatie op 1 januari van het betreffende jaar weergegeven.
Percentage jongeren (15-27 jaar) die betaald werk hebben (D_8a)
Terug naar navigatie - 2. Doelstellingen - Percentage jongeren (15-27 jaar) die betaald werk hebben (D_8a)Het betreft het percentage jongeren (15-27 jaar) die betaald werk hebben. Het percentage betreft ook jongeren die naast hun betaalde baan onderwijs volgen, een uitkering ontvangen of geregistreerd staan als werkzoekende.
In 2027 zijn er meer jongeren die voldoende bewegen en gezond eten dan in 2023 (D 9)
Terug naar navigatie - 2. Doelstellingen - In 2027 zijn er meer jongeren die voldoende bewegen en gezond eten dan in 2023 (D 9)Het betreft het percentage jongeren uit het tweede en vierde leerjaar (12 – 17 jaar) van het voortgezet onderwijs dat vijf of meer dagen per week minstens 1 uur sport of beweegt.
Het landelijk gemiddelde betreft 44,7%.
De nulmeting betreft het jaar 2023.
De Gezondheidsmonitor Jeugd van het RIVM / GGD wordt eens in de vier jaar herhaald.
In 2027 zijn er relatief meer bewust gekozen zwangerschappen dan in 2023 (D 10)
Terug naar navigatie - 2. Doelstellingen - In 2027 zijn er relatief meer bewust gekozen zwangerschappen dan in 2023 (D 10)Er bestaan geen onderzoeksmethoden om het aantal bewust gekozen zwangerschappen te meten. Ter indicatie van de trendontwikkeling is daarom gekozen te kijken naar onbewust en/of ongewenste zwangerschappen. Indicatoren die hier informatie over bieden zijn het aantal tienerzwangerschappen en het aantal abortussen.
Aantal tienerzwangerschappen (D_10a)
Terug naar navigatie - 2. Doelstellingen - Aantal tienerzwangerschappen (D_10a)Het cijfer betreft het totaal aantal tienermoeders (19 jaar en jonger per 1 januari van het referentiejaar). De ontwikkeling van het aantal tienermoeders geeft een indicatie van de mate van bewust gekozen zwangerschappen. De nulmeting betreft het jaar 2023.
De cijfers over 2024 komen in februari 2026 beschikbaar.
Aantal abortussen (D_10b)
Terug naar navigatie - 2. Doelstellingen - Aantal abortussen (D_10b)De ontwikkeling van het aantal abortussen geeft een indicatie van de mate van bewust gekozen zwangerschappen. Het jaar van de 0-meting is 2023.
De cijfers over 2024 komen in februari 2026 beschikbaar.
In 2027 worden kinderen uit een kwetsbare thuissituatie eerder herkend, erkend en ondersteund door hun netwerk (D 11)
Terug naar navigatie - 2. Doelstellingen - In 2027 worden kinderen uit een kwetsbare thuissituatie eerder herkend, erkend en ondersteund door hun netwerk (D 11)Aantal meldingen bij Veilig Thuis en Handle with Care (D_11a)
Terug naar navigatie - 2. Doelstellingen - Aantal meldingen bij Veilig Thuis en Handle with Care (D_11a)Veilig Thuis
Veilig Thuis-organisaties zijn het advies- en meldpunt voor (vermoedens van) huiselijk geweld en kindermishandeling. Slachtoffers, omstanders en professionals kunnen contact opnemen met Veilig Thuis als zij een vermoeden hebben van kindermishandeling en/of huiselijk geweld. Veilig Thuis kan advies en ondersteuning geven over wat de beller zelf kan doen. Is dit niet mogelijk of is de situatie te complex of ernstig? Dan kan de beller een melding doen en komt Veilig Thuis in actie.
Advies: Een op de behoefte van de adviesvrager afgestemde set van aanwijzingen, raadgevingen en tips die Veilig Thuis met de adviesvrager deelt, met als doel de adviesvrager in staat te stellen zelf verder te kunnen handelen in situaties van huiselijk geweld en/of kindermishandeling of bij een vermoeden daarvan. De adviesvrager blijft zelf verantwoordelijk voor eventuele verdere stappen, Veilig Thuis onderneemt geen enkele verdere actie richting de directbetrokkenen bij het huiselijk geweld of de kindermishandeling.
Melding: Het kenbaar maken aan Veilig Thuis van een situatie of vermoeden van huiselijk geweld en/of kindermishandeling met vermelding van de persoonsgegevens van de betrokkene(n). Het verschil met een advies is dat bij een melding de verantwoordelijkheid voor het zicht op de veiligheid van de directbetrokkenen is overgedragen van de melder aan Veilig Thuis.
Cijfers van 2025 worden verwacht begin 2026.
Handle with care meldingen vanuit Veilig Thuis
Handle With Care is een initiatief van Veilig Thuis, politie en leerplicht om leerlingen tussen de 4 en 12 jaar te beschermen tegen huiselijk geweld. Het doel is om kinderen die thuis een ernstig incident op het gebied van huiselijk geweld meemaken, op school snel van sociale steun te voorzien. Deze steun is belangrijk om de korte- en langetermijneffecten van deze ervaring te verminderen.
In 2024 zijn 665 Handle with Care signalen vanuit Veilig Thuis doorgezet naar leerplicht. Dit betreft alleen de regio Zuid-Limburg, omdat Handle with Care nog niet actief is in Noord- en Midden-Limburg. In 2025 verwachten wij ook aansluiting van de regio's Noord- en Midden-Limburg. De cijfers over 2025 betreffen de periode tot en met mei.
Het aantal Handle with Care signalen kan in de praktijk afwijken, omdat er nog een aantal signalen wordt uitgefilterd van kinderen die buiten het project vallen (bijvoorbeeld kinderen in de brugklas, kinderen die geen onderwijs krijgen door een 5B-vrijstelling of kinderen die in een andere regio naar school gaan).
2023 is het jaar van de nulmeting. De methode is in dat jaar gestart waardoor er geen cijfers over voorgaande jaren beschikbaar zijn. Tot september deed alleen Heerlen mee. Van september t/m december ook de rest van Parkstad.
De cijfers van Handle with Care in 2025 betreffen de periode tot en met mei.
Publieke en maatschappelijke organisatie |
2019 |
2020 |
2021 |
2022 |
2023 |
2024 |
2025 |
|---|---|---|---|---|---|---|---|
Handle With Care |
- |
- |
- |
- |
- |
665 |
349 |
Veilig Thuis |
6.170 |
6.835 |
6.935 |
8.060 |
8.340 |
8.935 |
- |
In 2027 voelen bewoners in geselecteerde buurten en wijken zich meer thuis dan in 2023 (D 12)
Terug naar navigatie - 2. Doelstellingen - In 2027 voelen bewoners in geselecteerde buurten en wijken zich meer thuis dan in 2023 (D 12)Percentage Limburgers die het (helemaal) eens is met de stelling: 'Ik voel mij thuis bij mensen in deze buurt'. (D_12a)
Terug naar navigatie - 2. Doelstellingen - Percentage Limburgers die het (helemaal) eens is met de stelling: 'Ik voel mij thuis bij mensen in deze buurt'. (D_12a)Deze tabel bevat cijfers over leefbaarheid en overlast in de woonbuurt, veiligheidsbeleving, slachtofferschap traditionele criminaliteit, slachtofferschap online criminaliteit, oordeel van burgers over de politie, en preventie van criminaliteit. De cijfers (vanaf 2012 - tweejaarlijks beschikbaar) laten een stabiel beeld zien, vanaf 2019 is een verbetering zichtbaar.
In 2027 is er in de geselecteerde wijken/buurten meer buurtcontact dan in 2023 (D 13)
Terug naar navigatie - 2. Doelstellingen - In 2027 is er in de geselecteerde wijken/buurten meer buurtcontact dan in 2023 (D 13)Percentage Limburgers die het (helemaal) eens is met de stelling: 'Ik heb veel contact met andere buurtbewoners'. (D_13a)
Terug naar navigatie - 2. Doelstellingen - Percentage Limburgers die het (helemaal) eens is met de stelling: 'Ik heb veel contact met andere buurtbewoners'. (D_13a)Deze tabel bevat cijfers over leefbaarheid en overlast in de woonbuurt, veiligheidsbeleving, slachtofferschap traditionele criminaliteit, slachtofferschap online criminaliteit, oordeel van burgers over de politie, en preventie van criminaliteit. De cijfers (vanaf 2012 - tweejaarlijks beschikbaar) laten een stabiel beeld zien, vanaf 2019 is een verbetering zichtbaar.
In 2027 zijn er meer vrijwilligers- en bewoners-initiatieven dan in 2023 (D 14)
Terug naar navigatie - 2. Doelstellingen - In 2027 zijn er meer vrijwilligers- en bewoners-initiatieven dan in 2023 (D 14)Omschrijving activiteiten en uitgevoerde initiatieven (D_14b)
Sinds de lancering van het Limburgs actieplan vrijwilligers (7 december 2024, op de Dag van de Vrijwilliger) zijn er reeds een paar uitvoerende stappen ondernomen op het gebied van communicatie. Zo is er een portretreeks gestart, waarin de verhalen en ervaringen van vrijwilligers uit verschillende domeinen (zoals maatschappelijke organisaties, natuur en water, en erfgoed) doorlopend tot en met 2027 worden belicht. Deze reeks doet het vooral op LinkedIn goed (tussen de 92-108 likes) en wordt zelfs buiten de provincie opgepikt. Daarnaast zijn er gesprekken gevoerd met een aantal sociale fondsen over een mogelijke samenwerking op het gebied van financiering voor projecten en initiatieven van vrijwilligers, waaruit de samenwerking met Oranje Fonds (Limburg Samen Sterk fonds) is ontstaan. Ook is er een provinciaal vrijwilligerscompliment in voorbereiding. In Q1 en Q2 van dit jaar gaan we aan de slag met de (verdere) uitvoering / verkenning van 7 acties uit het actieplan. Er zijn 10 acties in totaal. We zullen alle acties dit jaar starten en deels in uitvoering brengen. In de jaren 2026 en 2027 wordt er op dezelfde manier vorm gegeven aan het vervolg van deze 10 acties.
In 2027 is de leefbaarheid en veiligheid in Limburgse wijken, buurten en dorpen beter dan in 2023 (D 15)
Terug naar navigatie - 2. Doelstellingen - In 2027 is de leefbaarheid en veiligheid in Limburgse wijken, buurten en dorpen beter dan in 2023 (D 15)Percentage Limburgers dat zich wel eens onveilig voelt in de buurt (D_15a)
Terug naar navigatie - 2. Doelstellingen - Percentage Limburgers dat zich wel eens onveilig voelt in de buurt (D_15a)Betreft cijfers uit de CBS veiligheidsmonitor. Landelijk lag het percentage inwoners dat zich wel eens onveilig voelt in de buurt in 2023 op 15%.
Tot en met 2017 werd de Veiligheidsmonitor jaarlijks uitgevoerd. Daarna vindt de Veiligheidsmonitor plaats in de oneven jaren: 2019, 2021, 2023 en de volgende in 2025.
In verband met wijzigingen in de vraagstelling kunnen eerdere gegevens niet worden meegenomen in de trend.
De data van 2025 worden halverwege 2026 verwacht.
Schaalscore sociale cohesie (D_15b)
Terug naar navigatie - 2. Doelstellingen - Schaalscore sociale cohesie (D_15b)Sociale cohesie is opgebouwd vanuit een veiligheidsmonitor van het CBS en bestaat uit verschillende onderdelen over de sociale aspecten van een woonbuurt.
Vanaf 2021 betreft het een achttal stellingen:
• Mensen kennen elkaar nauwelijks
• Mensen gaan prettig met elkaar om
• Gezellige buurt waar men elkaar helpt
• Voel mij thuis bij mensen in deze buurt
• Veel contact met andere buurtbewoners
• Tevreden met samenstelling bevolking
• Durf mijn huissleutel te geven
• Mensen spreken elkaar aan op gedrag
Tot en met 2019 is er gebruikgemaakt van de onderstaande set stellingen:
• Mensen kennen elkaar nauwelijks
• Mensen gaan prettig met elkaar om
• Gezellige buurt met veel saamhorigheid
• Voel mij thuis bij mensen in deze buurt
• Veel contact met andere buurtbewoners
• Tevreden met samenstelling bevolking
Tot en met 2017 werd de Veiligheidsmonitor jaarlijks uitgevoerd. Daarna vindt de Veiligheidsmonitor plaats in de oneven jaren: 2019, 2021, 2023 en de volgende in 2025.
De data van 2025 worden halverwege 2026 verwacht.
Trend in de buurt met sociale overlast (D_15c)
Terug naar navigatie - 2. Doelstellingen - Trend in de buurt met sociale overlast (D_15c)Betreft het percentage Limburgers die veel overlast ervaren van één of meerdere vormen van sociale overlast:
1. Dronken mensen op straat
2. Verwarde personen
3. Drugsgebruik, bijv. op straat of bij coffeeshops
4. Drugshandel
5. Overlast door buurtbewoners
6. Mensen die op straat worden lastiggevallen
7. Rondhangende jongeren
Tot en met 2017 werd de Veiligheidsmonitor jaarlijks uitgevoerd. Daarna vindt de Veiligheidsmonitor plaats in de oneven jaren: 2019, 2021, 2023 en de volgende in 2025.
Door wijzigingen in de vraagstellingen en in de onderzoeksopzet zijn de uitkomsten van de Veiligheidsmonitor 2021 en 2023 niet zonder meer te vergelijken met die van de eerdere edities van de Veiligheidsmonitor.
De data van 2025 worden halverwege 2026 verwacht.
In 2027 voldoen meer Limburgers aan de beweegrichtlijn dan in 2023 (D 17)
Terug naar navigatie - 2. Doelstellingen - In 2027 voldoen meer Limburgers aan de beweegrichtlijn dan in 2023 (D 17)Percentage Limburgers dat aan de beweegrichtlijnen voldoet (D_17a)
Terug naar navigatie - 2. Doelstellingen - Percentage Limburgers dat aan de beweegrichtlijnen voldoet (D_17a)Een persoon voldoet aan de beweegrichtlijn als hij/zij 2,5 uur per week matig intensief beweegt en daarnaast 2 uur per week spier- en botversterkende activiteiten uitvoert. Voor ouderen komen daar nog balansoefeningen bij. Balansoefeningen zijn op dit moment niet meegenomen in de beweegrichtlijn. De hoeveelheid beweging wordt ingeschat op basis van een uitgebreide vraag waarin mensen kunnen aangeven hoe veel uur per week zij besteden aan verschillende activiteiten, zoals lopen of fietsen naar werk of school, huishoudelijke activiteiten, vrije tijd, en sport.
De cijfers betreffen Limburgers van 18 jaar en ouder.
2. Resultaten
Terug naar navigatie - - 2. ResultatenInleiding
Terug naar navigatie - 2. Resultaten - InleidingAan de hand van indicatoren maken wij zichtbaar of of we als Provincie de resultaten, zoals afgesproken in dit beleidskader, behalen. De indicatoren die reeds beschikbaar zijn, zijn hieronder gepresenteerd.
Tenminste 30 projecten in uitvoering op het gebied van armoede en laaggeletterdheid (R 33)
Terug naar navigatie - 2. Resultaten - Tenminste 30 projecten in uitvoering op het gebied van armoede en laaggeletterdheid (R 33)Aantal projecten dat in uitvoering is op het gebied van armoede en laaggeletterdheid (R_33a)
Terug naar navigatie - 2. Resultaten - Aantal projecten dat in uitvoering is op het gebied van armoede en laaggeletterdheid (R_33a)Het doel is om in deze beleidsperiode ten minste 30 projecten in uitvoering te hebben op het gebied van armoede en laaggeletterdheid. In 2024 waren reeds 12 projecten ondersteund op het gebied van armoede dan wel laaggeletterdheid.
In 2025 in de periode tot en met mei zijn er 6 projecten ondersteund, waardoor er cumulatief vanaf 2024 18 projecten zijn ondersteund.
Toelichting projecten 2025:
Er zijn 3 projecten op het gebied van armoede ondersteund. 2 op basis van onze Nadere Subsidieregels Participatie 2022 - 2024 en 1 op basis van onze Nadere Subsidieregels Leefbaarheidsaanpak initiatieven stichtingen, verenigingen en coöperaties 2024 - 2027.
Er zijn 3 projecten op het gebied van laaggeletterdheid ondersteund. 2 op basis van onze Nadere Subsidieregels Leefbaarheidsaanpak kleinschalige (inwoners)initiatieven en 1 op basis van onze Nadere Subsidieregels Leefbaarheidsaanpak initiatieven stichtingen, verenigingen en coöperaties 2024 - 2027.
10.000 jongeren uit kansarme gezinnen komen in aanraking met sport- en cultuuraanbod (R 34)
Terug naar navigatie - 2. Resultaten - 10.000 jongeren uit kansarme gezinnen komen in aanraking met sport- en cultuuraanbod (R 34)Aantal kinderen dat ondersteuning heeft gekregen van het Jeugdfonds Sport en Cultuur om aan sporten en/of cultuuractiviteiten deel te nemen (R_34a)
Terug naar navigatie - 2. Resultaten - Aantal kinderen dat ondersteuning heeft gekregen van het Jeugdfonds Sport en Cultuur om aan sporten en/of cultuuractiviteiten deel te nemen (R_34a)Dit zijn het aantal kinderen dat ondersteuning heeft gekregen van het Jeugdfonds Sport en Cultuur om deel te nemen aan sport- en beweeg- of culturele activiteiten.
Het Jeugdfonds kan via een dashboard hun maandelijkse data filteren. Het gemiddeld aantal goedgekeurde aanvragen is ongeveer gelijk elke maand, met hier en daar wat uitschieters. De cijfers van 2025 betreffen de periode tot en met mei. Van de 2018 in 2025 goedgekeurde projecten zijn dat er 1719 (85,2%) op het terrein van sport en 299 (14,8%) op het terrein van cultuur.
Het jaar van de nulmeting is 2023.
5 lopende projecten waarin ‘VSV’ en ‘NEET-jongeren’ worden geholpen aan een passend perspectief (R 35)
Terug naar navigatie - 2. Resultaten - 5 lopende projecten waarin ‘VSV’ en ‘NEET-jongeren’ worden geholpen aan een passend perspectief (R 35)Aantal lopende projecten dat VSV en NEET-jongeren helpt (R_35a)
Terug naar navigatie - 2. Resultaten - Aantal lopende projecten dat VSV en NEET-jongeren helpt (R_35a)De cijfers tonen het aantal projecten vanaf 2023 die in uitvoering zijn.
Op 2 juni 2025 waren 2 projecten in uitvoering van de oorspronkelijk 5 projecten die in dit kader gestart zijn vanuit de Sociale Agenda Limburg 2020 - 2023 (lijn 2, Kans op ontwikkeling en werk).
Het jaar van de nulmeting is 2023.
45 GBT-scholen in Limburg waarmee er 10.000 kinderen gezond ontbijten en lunchen (R 36)
Terug naar navigatie - 2. Resultaten - 45 GBT-scholen in Limburg waarmee er 10.000 kinderen gezond ontbijten en lunchen (R 36)Aantal GBT-scholen in Limburg en het aantal kinderen dat in aanraking komt met GBT (R_36a)
Terug naar navigatie - 2. Resultaten - Aantal GBT-scholen in Limburg en het aantal kinderen dat in aanraking komt met GBT (R_36a)De cijfers tonen per jaar het aantal Gezonde Basisscholen van de Toekomst in Limburg en het aantal kinderen dat op deze scholen hierdoor in aanraking komt met het concept van de Gezonde Basisschool van de Toekomst.
Het jaar van de nulmeting is 2024. De cijfers over 2025 betreffen de periode tot en met mei.
Gezonde basisschool toekomst |
2024 |
2025 |
|---|---|---|
Aantal GBT-scholen |
31 |
31 |
Aantal kinderen dat in aanraking komt met GBT |
6.279 |
6.119 |
Participatie van 8 nieuwe gemeenten in Keigezond Limburg (R 37)
Terug naar navigatie - 2. Resultaten - Participatie van 8 nieuwe gemeenten in Keigezond Limburg (R 37)Aantal gemeenten dat participeert in Keigezond Limburg (R_37a)
Terug naar navigatie - 2. Resultaten - Aantal gemeenten dat participeert in Keigezond Limburg (R_37a)De netwerkaanpak Keigezond Limburg is gebaseerd op de aanpak Kind naar Gezonder Gewicht, zoals beschreven in het ‘Landelijk model ketenaanpak voor kinderen met overgewicht en obesitas’ (VU/Care for Obesity 2018). Deze aanpak richt zich op passende ondersteuning en zorg voor kinderen met overgewicht en obesitas. Het kind en de samenwerking tussen het zorg- en sociaal domein staan centraal. Overgewicht of obesitas is aanleiding om in gesprek te gaan en vanuit daar wordt gekeken naar achterliggende oorzaken, de huidige situatie en de nodige ondersteuning voor het kind en gezin.
Steeds meer kinderen/jongeren hebben overgewicht en obesitas. Daardoor hebben zij al op jonge leeftijd een groot risico op diabetes mellitus, hart- en vaatziekten en leververvetting. Ze hebben een lagere levensverwachting en een lagere kwaliteit van leven dan leeftijdgenoten zonder overgewicht. De oorzaak van het overgewicht is bijna altijd gerelateerd aan de leefstijl. Er is al veel inzet op preventie van overgewicht. Echter, de hoge getallen tonen het belang van een effectievere, integrale aanpak van overgewicht onder de jeugd.In dat kader besloten een aantal initiërende partners in 2020 om samen vorm te geven aan een netwerkaanpak voor kinderen met overgewicht & obesitas. Het resultaat van deze samenwerking is Keigezond Limburg!
Het project Keigezond Limburg werd tot 1 september 2024 financieel ondersteund (subsidie) door de Provincie Limburg. Op dit moment wordt het project nog niet gesubsidieerd, een nieuwe aanvraag (uitbreiding aantal gemeenten die met Keigezond aan de slag gaan) is in voorbereiding en zal naar verwachting in Q3 2025 bij ons worden ingediend.
Het jaar van de nulmeting is 2023
Minimaal 2.500 kinderen worden bereikt met Keigezond Limburg (R 38)
Terug naar navigatie - 2. Resultaten - Minimaal 2.500 kinderen worden bereikt met Keigezond Limburg (R 38)Aantal kinderen dat wordt bereikt met Keigezond Limburg (R_38a)
Terug naar navigatie - 2. Resultaten - Aantal kinderen dat wordt bereikt met Keigezond Limburg (R_38a)De netwerkaanpak Keigezond Limburg is gebaseerd op de aanpak Kind naar Gezonder Gewicht, zoals beschreven in het ‘Landelijk model ketenaanpak voor kinderen met overgewicht en obesitas’ (VU/Care for Obesity 2018). Deze aanpak richt zich op passende ondersteuning en zorg voor kinderen met overgewicht en obesitas. Het kind en de samenwerking tussen het zorg- en sociaal domein staan centraal. Overgewicht of obesitas is aanleiding om in gesprek te gaan en vanuit daar wordt gekeken naar achterliggende oorzaken, de huidige situatie en de nodige ondersteuning voor het kind en gezin.
Steeds meer kinderen/jongeren hebben overgewicht en obesitas. Daardoor hebben zij al op jonge leeftijd een groot risico op diabetes mellitus, hart- en vaatziekten en leververvetting. Ze hebben een lagere levensverwachting en een lagere kwaliteit van leven dan leeftijdgenoten zonder overgewicht. De oorzaak van het overgewicht is bijna altijd gerelateerd aan de leefstijl. Er is al veel inzet op preventie van overgewicht. Echter, de hoge getallen tonen het belang van een effectievere, integrale aanpak van overgewicht onder de jeugd.In dat kader besloten een aantal initiërende partners in 2020 om samen vorm te geven aan een netwerkaanpak voor kinderen met overgewicht & obesitas. Het resultaat van deze samenwerking is Keigezond Limburg!
Het provinciaal subsidie voor de uitvoering van Keigezond Limburg is per 1 september 2024 gestopt (einde projectperiode). Er wordt momenteel een nieuwe subsidieaanvraag voorbereid, we verwachten dat deze aan ons wordt voorgelegd in Q3 2025.
Het jaar van 0-meting is 2024. De cijfers over 2025 betreffen de periode tot en met mei en zijn het cumulatieve aantal kinderen vanaf 2024.
Minimaal 1350 gevolgde trajecten ‘Voorzorg’ en ‘Nu Niet Zwanger’ (R 39)
Terug naar navigatie - 2. Resultaten - Minimaal 1350 gevolgde trajecten ‘Voorzorg’ en ‘Nu Niet Zwanger’ (R 39)Aantal gevolgde trajecten Voorzorg en Nu Niet Zwanger (R_39a)
Terug naar navigatie - 2. Resultaten - Aantal gevolgde trajecten Voorzorg en Nu Niet Zwanger (R_39a)De interventie nu niet zwanger ondersteunt zeer kwetsbare mensen om een bewuste keuze te maken over het moment van een zwangerschap, zodat zij niet ongepland en tegen hun wens zwanger raken. De interventie "voorzorg" is een intensief huisbezoek programma als onderdeel van het programma kansrijke start voor (zeer) kwetsbare vrouwen de zwanger zijn en te maken hebben met een opeenstapeling van problemen.
Het aantal trajecten is de optelsom van een tweetal interventies Nu Niet zwanger en Voorzorg. Het jaar van de nulmeting is 2024.
De cijfers over 2025 komen in februari 2026 beschikbaar.
Minimaal 50 verloskundigen/gynaecologen die zijn opgeleid om conform de methode ‘Centering Pregnancy’ te werken' (R 40)
Terug naar navigatie - 2. Resultaten - Minimaal 50 verloskundigen/gynaecologen die zijn opgeleid om conform de methode ‘Centering Pregnancy’ te werken' (R 40)Aantal verloskundigen/gynaecologen dat is opgeleid conform methode 'Centering Pregnancy' (R_40a)
Terug naar navigatie - 2. Resultaten - Aantal verloskundigen/gynaecologen dat is opgeleid conform methode 'Centering Pregnancy' (R_40a)Centering zwangerschap is een interventie uit het programma kansrijke start en combineert de medische controles rondom een zwangerschap met alle informatie rondom zwangerschap, bevalling en babytijd. De verloskundige zorg wordt gegeven in een groep van zwangeren die rondom dezelfde tijd zijn uitgerekend. Het jaar van nulmeting is 2024.
De cijfers over 2025 komen in februari 2026 beschikbaar.
2 projectpilots Kansrijke Start (R 41)
Terug naar navigatie - 2. Resultaten - 2 projectpilots Kansrijke Start (R 41)Aantal projectpilots Kansrijke Start (R_41a)
Terug naar navigatie - 2. Resultaten - Aantal projectpilots Kansrijke Start (R_41a)Dit programma richt zich met behulp van interventies op kinderen in de eerste 1000 dagen van hun leven of daaropvolgend. Dit om ieder kind een gelijke start te kunnen geven. Het jaar van nulmeting is 2023.
Het cijfer van 2025 betreft de periode tot en met mei en het is het cumulatieve aantal vanaf 2023.
Minimaal 800 gestarte trajecten Stevig Ouderschap (R 42)
Terug naar navigatie - 2. Resultaten - Minimaal 800 gestarte trajecten Stevig Ouderschap (R 42)Aantal trajecten dat gestart is met Stevig Ouderschap (R_42a)
Terug naar navigatie - 2. Resultaten - Aantal trajecten dat gestart is met Stevig Ouderschap (R_42a)Stevig Ouderschap is een interventie uit het programma Kansrijke Start (-9 maanden - 2 jaar) voor ouders die extra ondersteuning nodig hebben. Het betreft een interventie die 1 op 1 werkt en het gaat hier om huisbezoeken. Mensen worden doorverwezen door de gynaecoloog en/of huisarts.
Dit betreft een interventie die in 2024 alleen door de GGD Zuid werd aangeboden en niet door de GGD voor Midden- en Noord Limburg. Het jaar van de nulmeting is 2024.
De cijfers over 2025 komen in februari 2026 beschikbaar.
5 Limburgse consultatiebureaus werken via methode ‘Centering Ouderschap’ (R 43)
Terug naar navigatie - 2. Resultaten - 5 Limburgse consultatiebureaus werken via methode ‘Centering Ouderschap’ (R 43)Aantal consultatiebureaus dat werkt via de methode 'Centering Ouderschap' (R_43a)
Terug naar navigatie - 2. Resultaten - Aantal consultatiebureaus dat werkt via de methode 'Centering Ouderschap' (R_43a)De interventie "Centering ouderschap" wordt gemonitord door de GGD. Zij geven aan dat de interventie in een aantal gemeenten loopt. Bij de GGD Midden- en Noord Limburg loopt Centering Ouderschap in 8 gemeenten (van de 15). Daarbij zijn er een aantal kleinere gemeenten die gezamenlijk uitvoering geven aan Centering Ouderschap. Ook is het zo dat de uitvoering van Centering Ouderschap in een aantal gemeenten een uitdaging is vanwege de beperkte capaciteit (in de Jeugdgezondheidszorg als ook in het sociaal domein). Er zijn al veel meer consultatiebureaus in Midden- en Noord Limburg die werken met de interventie Centering ouderschap dan de opgave in het beleidskader (5 consultatiebureau werken met deze interventie in 2027). Bij de GGD Zuid Limburg is de interventie Centering Ouderschap nog niet in uitvoering. Het jaar van de nulmeting is 2024.
De cijfers over 2025 komen in februari 2026 beschikbaar.
Alle Limburgse scholen nemen deel in Handle with Care netwerk (R 44)
Terug naar navigatie - 2. Resultaten - Alle Limburgse scholen nemen deel in Handle with Care netwerk (R 44)Aantal Limburgse scholen dat deelneemt in Handle with Care (R_44a)
Terug naar navigatie - 2. Resultaten - Aantal Limburgse scholen dat deelneemt in Handle with Care (R_44a)Het cijfer van 2025 betreffen de periode tot en met mei 2025 en het cijfer van 269 basisscholen aangesloten bij Handle with Care betreft het cumulatieve aantal vanaf 2023. Dit betreft alle basisscholen in Zuid-Limburg. In de loop van 2025 verwachten we aansluiting van basisscholen in de regio's Noord- en Midden-Limburg.
Het jaar van de nulmeting is 2023.
Aantal sociale fondsen dat is opgezet om projecten op het gebied van sociale cohesie te faciliteren (R_45a)
Terug naar navigatie - 2. Resultaten - Aantal sociale fondsen dat is opgezet om projecten op het gebied van sociale cohesie te faciliteren (R_45a)Het cijfer betreft aantal samenwerkingen met sociale fondsen. Het cijfer van 2025 betreft de periode tot en met mei en het is een cumulatief aantal.
Er is een samenwerking met het Kansfonds aangegaan.
Het jaar van de nulmeting is 2023.
1 symposium organiseren over VN Gehandicaptenverdrag voor gemeenten en de sociale basisinfrastructuur (R 46)
Terug naar navigatie - 2. Resultaten - 1 symposium organiseren over VN Gehandicaptenverdrag voor gemeenten en de sociale basisinfrastructuur (R 46)Symposium is georganiseerd, ja/nee (R_46a)
Nee, naar aanleiding van de 2e gewijzigde motie 2973 Fischer c.s. inzake Vervolg implementatie VN-verdrag Handicap zal een symposium worden georganiseerd dat is bedoeld om verbinding te legen tussen de relevante partijen in relatie tot de doelgroep mensen met een beperking en hun positie in onze samenleving te faciliteren en bevorderen. Het symposium vindt in Q3 van 2025 plaats.
20 projecten gericht op burgerinitiatieven die participatie en sociale cohesie bevorderen (R 47)
Terug naar navigatie - 2. Resultaten - 20 projecten gericht op burgerinitiatieven die participatie en sociale cohesie bevorderen (R 47)Aantal projecten (ondersteund door de Provincie) dat gericht is op burgerinitiatieven die participatie en sociale cohesie bevorderen (R_47a)
Terug naar navigatie - 2. Resultaten - Aantal projecten (ondersteund door de Provincie) dat gericht is op burgerinitiatieven die participatie en sociale cohesie bevorderen (R_47a)Middels de nadere subsidieregels Participatie 2022-2024 en de Leefbaarheidsaanpak zijn in 2025, 34 projecten financieel ondersteund, die gericht zijn op burgerinitiatieven die participatie en sociale cohesie bevorderen. Ten opzichte van 2024 is het aantal gestegen.
Er zijn nog een aantal ingediende aanvragen in behandeling waarover besluitvorming op een later moment zal plaatsvinden.
Van deze 34 projecten hadden:
- 12 betrekking op 2024, deze subsidieaanvragen van de subsidieregels participatie 2022-2024 zijn in 2025 afgehandeld
- 22 betrekking op in 2025 verleende subsidies van de leefbaarheidsaanpak
De cijfers betreffen het aantal ondersteunde projecten per jaar.
Het jaar van de nulmeting is 2024. Het cijfer van 2025 betreft de periode tot en met mei 2025.
Minimaal 5 nieuwe integrale aanpakken in Limburgse aandachtswijken in uitvoering (R 48)
Terug naar navigatie - 2. Resultaten - Minimaal 5 nieuwe integrale aanpakken in Limburgse aandachtswijken in uitvoering (R 48)Aantal nieuwe integrale aanpakken dat in uitvoering is in Limburgse aandachtsgebieden (R_48a)
Terug naar navigatie - 2. Resultaten - Aantal nieuwe integrale aanpakken dat in uitvoering is in Limburgse aandachtsgebieden (R_48a)Door GS zijn in 2024 6 wijken en in 2025 2 dorpen geselecteerd waar samen met de betreffende gemeenten toegewerkt wordt naar intentie-overeenkomsten, waarin wordt vastgelegd dat partijen aan de slag willen gaan met een langjarige gebiedsgerichte integrale aanpak in de betreffende wijk/ dorp.
26-6: Er zijn voor 8 gebiedsgerichte aanpakken (6 wijken en 2 dorpen) intentieovereenkomsten ondertekend als eerste stap om langjarig en integraal in deze gebieden aan de slag te gaan .
Gebied |
Februari 2025 |
Juni 2025 |
|---|---|---|
Limburg |
0 |
8 |
Minimaal 10 dorp- en buurtgerichte aanpakken in uitvoering (R 49)
Terug naar navigatie - 2. Resultaten - Minimaal 10 dorp- en buurtgerichte aanpakken in uitvoering (R 49)Aantal door Provincie ge(co)financierde leefbaarheidsinitiatieven (Schaalniveau A en B) (R_49a)
Terug naar navigatie - 2. Resultaten - Aantal door Provincie ge(co)financierde leefbaarheidsinitiatieven (Schaalniveau A en B) (R_49a)Deze indicator betreft de sociale leefbaarheidsinitiatieven.
De indicator valt uiteen in de 8 integrale gebiedsgerichte aanpakken en initiatieven vanuit de leefbaarheidsaanpak.
Ten aanzien van de eerste is er nog geen subsidie aangevraagd wel zijn intentieovereenkomsten getekend (zie R_48a). Ten aan zien van de initiatieven uit de leefbaarheidsaanpak (schaalniveau A en B) zijn van het totaal aantal toegekende subsidies (50, zie indicator 118a en 119a) 26 subsidies toegekend aan sociale initiatieven.
Minimaal 1.500 sporters krijgen ondersteuning via de Coöperatie Limburg Sport (R 52)
Terug naar navigatie - 2. Resultaten - Minimaal 1.500 sporters krijgen ondersteuning via de Coöperatie Limburg Sport (R 52)Aantal sporters dat ondersteuning krijgt via de Coörperatie Limburg Sport (R_52a)
Terug naar navigatie - 2. Resultaten - Aantal sporters dat ondersteuning krijgt via de Coörperatie Limburg Sport (R_52a)Met sporters wordt bedoeld 'talenten en topsporters' in Limburg. Ieder talent en topsporter in Limburg, met en zonder een beperking, kan bij de Coöperatie Limburg Sport een aanvraag indienen om voor een talent of topsportstatus in aanmerking te komen. Na toekenning van een status ontvangt de sporter een sporttalentpas van Coöperatie Limburg Sport. De volgende topsport- en talentstatussen zijn mogelijk - A - HP - Selectie - Bonds - IT - NT- Belofte - KNVB-belofte - RS - Q
De Coöperatie Limburg Sport heeft van de Provincie de opdracht gekregen om talenten en topsporters in Limburg te ondersteunen.
Het jaar van de nulmeting is 2024. Het cijfer van 2025 betreft de periode tot en met mei en het is het cumulatieve aantal vanaf 2024.
75 bovenlokale sportevenementen zijn ondersteund (R 53)
Terug naar navigatie - 2. Resultaten - 75 bovenlokale sportevenementen zijn ondersteund (R 53)Aantal bovenlokale sportevenementen dat ondersteund is door de Provincie (R_53a)
Terug naar navigatie - 2. Resultaten - Aantal bovenlokale sportevenementen dat ondersteund is door de Provincie (R_53a)Het cijfer betreft het aantal bovenlokale sportevenementen dat in financieel is ondersteund middels de Stimuleringsregeling Bovenlokale Evenementen 2020-2024 en de Stimuleringsregeling Bovenlokale Evenementen 2025-2027. In 2025 zijn 8 bovenlokale sportevenementen financieel ondersteund door de Provincie.
Er zijn nog een aantal ingediende aanvragen van de Stimuleringsregeling Bovenlokale Evenementen 2025-2027 in behandeling waarover besluitvorming op een later moment zal plaatsvinden.
Van deze 8 in 2025 gehonoreerde evenementen hadden:
- 3 betrekking op 2024, deze subsidieaanvragen zijn in 2025 afgehandeld
- 5 betrekking op in 2025 verleende subsidies
Het jaar van de nulmeting is 2024. De cijfers betreffen het aantal ondersteunde bovenlokale sportevenementen per jaar.
Het cijfer van 2025 betreft de periode tot en met mei.
12 topsportevenementen met een breedtesportprogramma zijn ondersteund (R 54)
Terug naar navigatie - 2. Resultaten - 12 topsportevenementen met een breedtesportprogramma zijn ondersteund (R 54)Aantal topsportevenementen dat is ondersteund met een breedtesportprogramma (R_54a)
Terug naar navigatie - 2. Resultaten - Aantal topsportevenementen dat is ondersteund met een breedtesportprogramma (R_54a)De subsidieregeling topsportevenementen 2024 voorzag in het jaar 2024 in de ondersteuning van een drietal majeure topsportevenementen met activerend breedtesportprogramma. Verder werd de Tour de France Femmes als incidentele subsidieaanvraag buiten de regeling om ondersteund. Door middel van de ondersteuning van deze topsportevenementen met activerende breedtesportprogramma’s, zijn veel Limburgers in beweging gebracht en gestimuleerd om in beweging te komen. Met behulp van de subsidieregeling topsportevenementen 2025-2027 wordt beoogd om over de periode 2024-2027, in aanvulling op de subsidieregeling topsportevenementen 2024 en een incidentele subsidieaanvraag van een topsportevenement met breedtesportprogramma, in totaal minimaal 12 topsportevenementen met een breedtesportprogramma te ondersteunen, conform de doelstelling in het kader ‘Samen leven en Bestaanszekerheid’.
In 2025 zijn tot nu toe 2 topsportevenementen met een breedtesportprogramma ondersteund, met de verwachting dat dit aantal dit jaar nog verdubbeld zal worden.
Het jaar van de nulmeting is 2024. De cijfers betreffen het aantal ondersteunde bovenlokale sportevenementen per jaar.
Het cijfer van 2025 betreft de periode tot en met mei.
3 sportakkoorden in uitvoering (specifieke doelstellingen per regio volgen nog op later moment) (R 55)
Terug naar navigatie - 2. Resultaten - 3 sportakkoorden in uitvoering (specifieke doelstellingen per regio volgen nog op later moment) (R 55)Aantal sportakkoorden in uitvoering/uitgevoerd is (R_55a)
Terug naar navigatie - 2. Resultaten - Aantal sportakkoorden in uitvoering/uitgevoerd is (R_55a)Het proces om de 3 sport- en beweegakkoorden te realiseren is in januari 2025 gestart met bestuurlijke en ambtelijke overleggen in de 3 regio's Noord-, Midden- en Zuid-Limburg . De verwachting is dat de akkoorden met Zuid- en Midden-Limburg in Q3 en met Noord-Limburg eind Q4 van 2025 met de gemeenten worden gesloten, waarna de uitvoering van start zal gaan.
Per regio wordt 1 sport- en beweegakkoord gesloten. Het jaar van de nulmeting is 2025.
Het cijfer van 2025 betreft de periode tot en met mei en is cumulatief.
Gebied |
2025 |
|---|---|
Limburg |
0 |